Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Gezichtsbepalend had hij moeten worden, de 115 meter hoge toren van de Nieuwe Kerk. Gabri van Tussenbroek, bouwhistoricus en hoogleraar stedelijke identiteit en monumenten, schreef er een boek over.
Gabri van Tussenbroek

De toren is er niet gekomen. Het verhaal is door Van Tussenbroek opgetekend in het boek De toren van de Gouden Eeuw. In een interview in het Parool van 28 oktober legt hij uit: ‘Amsterdam is, in het midden van de zeventiende eeuw, op het hoogtepunt van zijn macht. Dus worden er grootse plannen gemaakt voor een nieuw stadhuis. In die tijd had Amsterdam vier burgemeesters, en Willem Backer maakte zich als enige echt hard voor die toren.’ Toen de Eerste Engels-Nederlandse Oorlog uitbrak, ging geld voor de bouw van de toren in die oorlog. In 1652 overleed Backer, de grote voorvechter van de toren. Van Tussenbroek: ‘In 1783 werd een deel van de torenvoet gesloopt voor het verkeer, in 1910 werd besloten het restant te laten staan.’