Verstoringen van het metabolisme, de stofwisseling, kunnen leiden tot metabole ziekten. Sommige metabole ziekten zijn erfelijk en ze zijn vaak zeldzaam, en metabole ziekten kunnen op kinderleeftijd leiden tot ernstige beperkingen en zelfs de dood. Maar metabole verstoringen treden ook op tijdens veroudering en kunnen bijdragen aan het ontstaan van veelvoorkomende ouderdomsziekten zoals diabetes type 2, hartfalen en kanker. Hoewel deze ziekten ogenschijnlijk ver van elkaar afstaan (kindergeneeskunde versus ouderengeneeskunde), betoogt Houtkooper dat er vooral overeenkomsten zijn en dat we door bruggen te bouwen deze overeenkomsten kunnen benutten voor een beter inzicht in de ziekteprocessen en de zoektocht naar preventie dan wel genezing.

Belangrijk onderdeel hiervan is het gebruik van zogenoemde modelsystemen. Als voorbeeld noemt hij labwormen van 1 mm groot die verrassend veel lijken op mensen en dan ook bij uitstek gebruikt kunnen worden om ziekten beter te begrijpen. Houtkooper gaat ook in op mini-spiertjes en mini-harten die in het lab gemaakt kunnen worden vanuit huidcellen van een patiënt en die ook echt samentrekken. Daarnaast is het meten van metabolisme van cruciaal belang volgens Houtkooper. Hiertoe ontwikkelen hij en zijn collega’s nieuwe technologie door middel van massaspectrometrie, ook wel metabolomics. Gebruikmakend van deze nieuwe technologie en de beschikbare modelsystemen dragen de onderzoekers bij aan: het opsporen van de oorzaken van metabole ziekten; het ophelderen van de ziekte-mechanismen; en de zoektocht naar nieuwe behandelingen.

Dhr. prof. dr. R.H.L. Houtkooper, hoogleraar Translationeel Metabolisme: Mind the gap!

Deelname

Toegang vrij