For best experience please turn on javascript and use a modern browser!
You are using a browser that is no longer supported by Microsoft. Please upgrade your browser. The site may not present itself correctly if you continue browsing.
Het tekort aan woningen is een welbekend probleem. Het is duidelijk dat er de komende jaren meer gebouwd moet worden - maar waar?
rijtjeshuizen

In de discussie over het oplossen van het ervaren tekort aan woningen zijn grofweg twee scholen te herkennen. De één zegt: bouwen “in de polder”, dat wil zeggen, in open gebieden aan de randen van of zelfs ver weg de van huidige steden. De machtige bouwlobby roept dat al jaren, recentelijk nog eens ondersteund door een onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. De andere school is die van het binnenstedelijk bouwen; uitbreiden door verdichten. Deze groep huivert bij de gedachte aan uitbreidingswijken of VINEX-locaties in het groen. Anti stedelijk noemen ze deze, in hun ogen saaie, monotone een eenzijdig samengestelde woonwijken. Die wijken ontberen de kenmerken die een gebouwde omgeving “stad” maakt; de trits van Louis Wirth uit 1938: dichtheid, diversiteit en omvang. Ook aan Jane Jacobs’ beschrijving van de bruisende stad met levendige mix van wonen, werken, winkelen en cultuur, van oud en nieuw en vooral van een mengeling van bewoners kunnen de Houtens, Nieuwgeinen en Almeres van deze wereld niet tippen. Tenminste, wanneer we de apologeten van de verdichting moeten geloven.

Ondertussen wijzen veel feiten de andere kant op. Het inwonersaantal van Almere verdubbelde tussen midden jaren negentig en nu tot rond de 215.000 inwoners. Volgens electoraal geograaf zijn steden als Almere en Nieuwegein diverser van samenstelling dan Amsterdam of Utrecht (waar de middengroep steeds meer verdwijnt) en er is een (corona?) trek waarneembaar van Amsterdammers naar “buiten”. In het laatste pre corona jaar (2019) kenden suburbane regio’s als Oost Zuid Holland (o.m Alphen a/d Rijn) en de Betuwe de sterkste economisch groei van ons land, meer dan de geroemde main-en brainports (ING). Belangrijkste speler in de brainport, ASML, is overigens ook in de suburbs gevestigd.

De historicus Ben Wilson stelt in zijn magistrale werk “Metropolis” dat de buitenwijken de afgelopen 70 jaar juist de plaatsen waren van de dynamische veranderingen. Hij wijst erop dat in de VS slaapsteden veranderden in zakenwijken en techhubs en dat de Googles, Apples, Twitters enz. groeiden en bloeiden in de voorsteden van Californië. Een boom-town als Atlanta groeit vooral horizontaal, met steeds minder inwoners per vierkante kilometer. In de VS is al een tijd sprake van het fenomeen “boomburbs” zeer snel groeiende voorsteden met meer dan 100.000 inwoners, zoals Mesa, bij Phoenix Arizona. Maar ook in China, waar we de beelden kennen van eindeloze woontorens in de steden, is sprake van suburbanisatie. Wilson beschrijft hoe de Chinese middenklasse zich vestigt in de buitenwijken met namen die verwijzen naar de voorbeelden in Californië, zoals  Longbeach, Beijing of Rancho Santa Fe bij Shanghai. Het brengt Wilson ook tot de stelling dat de traditionele begrippen urbanisatie en suburbanisatie zijn uitgehold. Hij bespeurt de groei van uitdijende, polycentrische megaregio’s.

De discussie over waar te bouwen en hoe “de” stad er in de toekomst uit moet zien, is dus volop aan de gang. De suburb lijkt aan een sterke revival bezig te zijn. In ieder geval aanleiding genoeg om daar in de nieuwe editie van de Masterclass Toekomst van de Stad extra aandacht aan te besteden.

dr. Piet Renooy leidt de Masterclass Toekomst van de Stad en produceert de podcast De Wereld van de Stad, waarin alle facetten van de stad besproken worden. Ook is hij co-redacteur van het gelijknamige boek De Wereld van de Staddat alle deelnemers van de masterclass gratis toegestuurd krijgen.