Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Tijn de Vos
Foto: Monique Kooijmans

‘Ik heb na het vwo voor de dubbele bachelor Wiskunde-Natuurkunde gekozen omdat ik op zoek was naar uitdaging. In eerste instantie keek ik naar de losse studies wiskunde en natuurkunde, tot ik ontdekte dat het ook allebei tegelijk kon.’

Niet meer de slimste

‘De dubbele bachelor wordt in meerdere steden aangeboden. Ik twijfelde tussen Amsterdam en Leiden. Uiteindelijk ben ik vanwege de sfeer in de stad voor Amsterdam gegaan. Daarbij kende ik hier al mensen en heb ik de mogelijkheid om de Indonesische vechtkunst poekoelan kungfu te beoefenen. Daarnaast heeft Amsterdam de grootste groep studenten die met de dubbele bachelor begint. Ik begon aan mijn studie met een groep van 25 gemotiveerde en hoog scorende studenten. Ineens was ik niet meer de slimste van de klas en dat vond ik heel erg leuk.’

Hoe dan ook waar

‘Toen ik aan mijn opleiding begon lag mijn interesse meer bij de natuurkunde; wiskunde zag ik meer als ondersteuning. Langzaamaan ben ik wiskunde echter leuker gaan vinden, omdat het zo exact is en het je heel precies leert nadenken. Naast filosofie is wiskunde eigenlijk de enige studie die hoe dan ook waar is, onafhankelijk van je wereldbeeld of de wereld überhaupt bestaat. Iemand kan over dertig jaar niet zeggen dat een wiskundige theorie fout is, want je hebt haar bewezen. Dat vind ik mooi. Het intrigerende aan natuurkunde is dat het gaat over het waarom van het universum. Het interessante van de combinatie natuurkunde en wiskunde is dat je natuurkunde beter begrijpt door wiskunde en andersom. Je krijgt zo een veel completer beeld van hoe dingen werken.’

Gedreven zijn en hard werken

‘Als je de dubbele bachelor Wiskunde-Natuurkunde wilt gaan doen is het belangrijk dat je erg gedreven bent en dat je interesse hebt in zowel wiskunde als natuurkunde. Het is het namelijk niet waard als je niet beide vakgebieden leuk vindt. Daarnaast is het van belang dat je hard kunt werken, je hebt soms wel veertig uur per week college en je studeert zo’n zestig uur per week. In tentamenweken kan het aantal uren zelfs oplopen tot tachtig uur. Daar moet wel bij gezegd worden dat ik ook nog honoursstudent ben en vakken buiten het curriculum om volg. Het is overigens geen ramp als je nog niet goed bent in plannen - tijdens het tutoraat word je namelijk enkele uren per week persoonlijk begeleid door een ouderejaarsstudent die je leert hoe je moet studeren.’

Naast de studie

‘Naast mijn studie geef ik poekoelantraining, werk ik als studentvoorlichter op middelbare scholen en ben ik student-assistent van de opleidingsdirecteur van wiskunde. In die laatste functie coördineer ik de vakevaluaties, organiseer ik voorlichtingen over keuzevakken en help ik met technische zaken als tentamenroosters. Ik kan hem als student van de dubbele bachelor goed informeren over hoe zwaar de verschillende wiskunde- en natuurkundevakken zijn en hoe die met elkaar samengaan. Na mijn bachelor wil ik graag een master gaan doen. Daarna wil ik misschien wel op de universiteit blijven. Het lijkt me bijvoorbeeld leuk om universitair docent te zijn en promoveren lijkt me ook wel wat.’