Amsterdam heeft een rijke geschiedenis als overzeese grootmacht. De relatie met overzeese landen is dan ook beter dan met die met het Europese achterland. De meeste Amsterdammers zullen de stad dan ook prijzen om haar openheid en zullen de stad bestempelen als metropool. Wat veel mensen echter niet weten, is dat Amsterdam in de zeventiende eeuw vooral rijk is geworden door de handel met Hanzesteden aan de Duitse, Poolse en Baltische kust. UvA-historici Remieg Aerts en Hanco Jürgens schrijven in Het Parool over hoe Amsterdam haar blik op het Europese achterland is kwijtgeraakt en waarom zij zichzelf opnieuw moet uitvinden als havenstad.