Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Op 20 februari jongstleden overleed Klaus Gille op 83-jarige leeftijd. Vanaf 1963 was hij vier decennia lang als inspirerend docent en wetenschapper werkzaam bij de opleiding Duitse taal en cultuur aan de UvA, de laatste jaren als universitair hoofddocent. Hij bleef verbonden aan de UvA tot het einde van zijn leven: als gastonderzoeker, als docent bij de Illustere School en – last but least – als actief bestuurslid van de alumnikring Vrienden van de Duitse taal en cultuur.

Na zijn studie aan de Freie Universität Berlijn (Duits, Geschiedenis en Nederlands) kwam Klaus Gille in 1963 naar Nederland waar hij in 1971 in Leiden bij de bekende germanist Karl Robert Mandelkow promoveerde op “Wilhelm Meister” im Urteil der Zeitgenossen. Ein Beitrag zur Wirkungsgeschichte Goethes. Met zijn promotor heeft Klaus Gille de becommentarieerde editie van Goethe’s brieven voor de zogenaamde Hamburger Ausgabe verzorgd, een mijlpaal in het toegankelijkmaken van deze documenten voor een breder publiek. Maar niet alleen over Goethe ook over veel andere belangrijke schrijvers vooral uit de achttiende en vroege negentiende eeuw heeft hij gepubliceerd, vaak vanuit een sociaalhistorisch, hermeneutisch en ideologiekritisch perspectief. Grote belangstelling had hij bovendien voor de geschiedenis van de germanistiek in Duitsland en Nederland.

Alles Gescheite ist schon gedacht worden; man muss nur versuchen, es noch einmal zu denken. Uit: J.W. von Goethe, 'Wilhelm Meisters Wanderjahre'

Voor Klaus Gille was de wetenschap geen ivoren toren. Hij verdiepte zich in zijn onderwerpen om zijn bevindingen uit te dragen, en om mensen met elkaar in gesprek te brengen, het ging hem om de uitwisseling en de maatschappelijke relevantie. Hij was een gedreven docent, voor wie het lesgeven niet ophield met het einde het college-uur. Generaties studenten herinneren zich nog de nazit van zijn colleges over bijvoorbeeld de ‘Sozialgeschichte der deutschen Literatur’ in Café Scheltema aan de Nieuwezijds Voorburgwal. Hier ging het gesprek verder en ook zijpaden werden dikwijls ingeslagen, want hij was steeds geïnteresseerd in de individuele studenten en hun opvattingen.

Evenmin als zijn colleges met het klokuur eindigden, hield voor Klaus Gille zijn werkzaam leven op met zijn pensionering. Leven en werk waren voor hem geen gescheiden domeinen. Na zijn pensionering werkte hij gedurende vele jaren, zelfs nog aan het begin van dit studiejaar, als gastdocent aan de Universiteit Leiden. Ook corona en de daarmee verbonden  noodzaak van lesgeven op afstand waren voor hem geen obstakel. Integendeel: hij was er juist trots op dat hij als ‘fossiel’ (zo noemde hij zichzelf) de nieuwste ontwikkelingen op digitaal gebied bijhield. Zelfs enkele weken voor zijn overlijden plande hij nog een korte online lezingenreeks over zijn geliefde onderwerp ‘De jonge Goethe’ voor de leden van de UvA-alumnikring.

Voor de landelijke Germanistiek bleef Klaus Gille ook na zijn pensionering een belangrijke gesprekspartner, o.a. als actief bestuurslid van de Vereniging van Germanisten aan de Nederlandse Universiteiten (VGNU). Tot het laatst woonde hij zeer geïnteresseerd alle vergaderingen bij. Met zijn enorme vakkennis en aanstekelijk enthousiasme zal Klaus Gille door velen worden gemist.

Elisabeth Meyer en Ansgar Mohnkern