23 april 2025
Big Techbedrijven profileren zich steeds actiever als onmisbare dienstverlener in de samenleving. Hun lobbykracht en internationale slagkracht maken het voor overheden lastig grip te krijgen op het handelen van de techbedrijven, waardoor de regelgeving vaak achterloopt of niet goed aansluit. Zo ontstaat een verantwoordingskloof – een gat tussen maatschappelijke macht en juridische controle.
‘Er zijn hier al langer zorgen over geuit, vooral door experts, maar ik denk dat we pas goed wakker geschud werden toen een paar maanden geleden voor de hele wereld ineens heel expliciet zichtbaar werd hoe groot de macht van Big Tech is’, schetst Schwinges. ‘De prominente aanwezigheid van de grote techmagnaten bij de inauguratie van Donald Trump en de benoeming van Elon Musk in de Amerikaanse regering hebben een belangrijke shift in ons denken over Big Tech teweeg gebracht.’
Schwinges keek in hoeverre en op welke manier nieuwsmedia Big Tech ter verantwoording roepen. Ze onderzocht hoe journalisten, lobbyisten en het publiek de rol van nieuwsmedia als waakhond zien en ervaren, en ze analyseerde de nieuwsaandacht voor Big Tech.
Het publiek blijkt hoge verwachtingen te hebben van de waakhondfunctie van nieuwsmedia, maar vindt tegelijkertijd dat die verwachting vaak niet wordt waargemaakt. Dit hangt samen met verminderd vertrouwen in de nieuwsmedia. Journalisten erkennen hun rol, maar geven aan dat ze in de praktijk beperkt worden door afhankelijkheden van deskundige bronnen, complexe materie en redactionele prioriteiten. Schwinges: ‘Voor journalisten is het moeilijk. De meesten van hen zijn geen technologisch experts, maar dat moeten ze wel worden om hun rol als waakhond goed te kunnen vervullen. Tegelijkertijd zijn er veel beleidsaspecten waar ze kennis van moeten hebben.’
Schwinges zag ook dat de nieuwsberichtgeving over Big Tech vaak wordt gedreven door de actualiteit en gaat over specifieke gebeurtenissen, en minder door een structurele, kritische houding. ‘Er is wel discussie en kritiek, maar die vindt vooral in heel specifieke kring plaats, bijvoorbeeld in en rond Brussel. Het publiek wordt er buiten gelaten en is daardoor grotendeels op zichzelf aangewezen om hun weg te vinden in de huidige digitale tijd’, aldus Schwinges.
De techbedrijven weten bovendien handig gebruik te maken van nieuwsberichtgeving door zichzelf neer te zetten als behartigers van het publieke belang, wat hun imago versterkt en hen een stem geeft in het maatschappelijke debat. Ze framen hun rol in de samenleving met een ‘social license to operate’ door steeds te benadrukken op welke manieren ze de maatschappij helpen. Daarbij kiezen de bedrijven ook vaak voor een technocratische insteek, waarin ieder mens het recht zou hebben op bijvoorbeeld een smart phone en toegang tot internet. Journalisten nemen die frames vervolgens over, waardoor het beeld van Big Tech als maatschappelijk waardevol wordt versterkt.
De bevindingen van Schwinges maken duidelijk dat het cruciaal is dat nieuwsmedia hun rol als waakhond vernieuwen, door kritisch te rapporteren en publieke verantwoording af te dwingen. Alleen op die manier kunnen ze hun legitimiteit als ‘vierde macht’ behouden. Schwinges pleit dan ook voor een ‘software-update’ van de journalistiek, met meer ruimte en aandacht voor datajournalistiek.
Daarnaast is het volgens Schwinges belangrijk dat nieuwsmedia meer over landsgrenzen heen gaan werken. ‘De meeste media opereren op nationaal niveau, maar Big Tech opereert internationaal en op alle markten. Journalisten moeten dus meer de handen ineen gaan slaan, ook met de wetenschap en de politiek. Alleen door collectieve inspanning van journalisten, wetenschappers en politiek kunnen we de democratische waarden van transparantie en verantwoording behouden in deze tijd van ongekende technologische macht.’