Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Het Romeinse recht staat bol van de bepalingen over tot slaaf gemaakten en daar werd ook in de latere geschiedenis dankbaar gebruik van gemaakt. Jacob Giltaij onderzoekt dit thema van uitsluiting de komende vijf jaar met een NWO-beurs. ‘De uitsluiting van groepen mensen resoneert tot op de dag van vandaag.’

Waarom wilde je graag in dit onderwerp duiken?

‘Ik kwam op het idee door mijn studenten. We leren ze dat het Romeinse recht wordt opgepakt in de Middeleeuwen en dan opeens weer gaat gelden in een nieuwe context. Maar in de Middeleeuwen waren er in Europa niet echt  tot slaaf gemaakte mensen, dus wat gebeurt er dan met de teksten over die groep in de latere geschiedenis?’

Werden die teksten dan niet gewoon genegeerd?

‘Het is interessant om te kijken wat er in de praktijk met dat recht gebeurde. Je moet je voorstellen: een schip met een kapitein uit Zierikzee komt aan in een kolonie en krijgt de instructie mee om Romeinsrechtelijke teksten in te voeren. Maar weet zo’n kapitein wel hoe dat recht werkt? Is die instructie voldoende? Mijn hypothese is dat het recht rond tot slaaf gemaakten door de tijd heen ook is toegepast op andere categorieën mensen, zoals de inheemse bevolking, krijgsgevangenen en dienstbodes. Hoe dat in de praktijk ging, ga ik uitzoeken in Suriname, Curaçao, Virginia en Chili.’

Waarom werd juist het Romeinse recht gebruikt in andere maatschappijen?

‘Het was vooral een pragmatische overweging: het Romeinse recht lag er al. Het had ook een autoriteit als tekst uit de oudheid en het was goed in het creëren van categorieën mensen die buiten het burgerschap vallen. Ze hadden in de kolonies net zo goed nieuw recht rond tot slaaf gemaakten kunnen bedenken, maar dat is niet gebeurd. Ik denk dat er door de toepassing van het Romeinse recht op tot slaaf gemaakten en anderen in de kolonies uiteindelijk wel een nieuw recht is gecreëerd. Er ontstond een koloniale versie van begrippen als “eigendom” en “onrechtmatige daad”.’

Copyright: Jacob Giltaij
Mensen zeggen zelfs nu nog “ik voel me geen volwaardig burger”

Wat hoop je dat het onderzoek naar het slavernijverleden duidelijk maakt?

‘Het idee leeft nog steeds dat tot slaaf gemaakten buiten het recht werden geplaatst. Ik denk niet dat dat geval is. Ik denk dat er noodgedwongen wetten zijn gemaakt rond tot slaaf gemaakten, ook om ze tot op zekere hoogte te beschermen. Maar er werd ze ook rechten ontzegd als dat voordeliger was voor andere groepen mensen. Die uitsluiting resoneert tot op de dag van vandaag. Het recht heeft daarin een grote rol gespeeld.’

Hoe zie je dat terug?

‘Met de afschaffing van slavernij verdwijnt niet meteen de ongelijkheid uit de samenleving. De slavernij in Suriname werd bijvoorbeeld in 1863 afgeschaft. Maar ook al zouden tot slaaf gemaakten daarna volwaardige burgers moeten zijn, was dat in de praktijk niet het geval. Berucht is het voorbeeld dat ze nog tien jaar onbetaald op de plantages moesten doorwerken. Officieel is er gelijkheid, maar via allerlei weggetjes wordt die ongelijkheid in stand gehouden. Dat zit ook in de mentaliteit. Mensen zeggen zelfs nu nog “ik voel me geen volwaardig burger”. Dat is terug te voeren naar de behandeling van mensen in de kolonies. Dat heeft een lange geschiedenis, zo wordt dat althans gevoeld, en dat laat mijn onderzoek ook zien.’