Boekwetenschap
Met de uitvinding van de boekdrukkunst in de vijftiende eeuw werd het gedrukte boek in de joodse wereld al snel net zo belangrijk als in de niet-joodse wereld. Toch zijn er ook uit de periode na de uitvinding van de boekdrukkunst vele tienduizenden joodse handschriften over die blijk geven van een levendige schrijfcultuur. Veel van die handschriften zijn geïllustreerd of gedecoreerd. Wat opvalt is het enorme kwaliteitsverschil in de uitvoering van deze stukken. Sommige zijn ware meesterstukken van schrijfkunst in Hebreeuws of Latijns schrift; andere daarentegen zijn zeer naïef uitgevoerd en duidelijk het werk van amateurs. De centrale vraag die Schrijver in zijn oratie behandelt is waarom de handgeschreven gedecoreerde joodse boeken eruit zien zoals ze eruit zien en wat dit zegt over zowel de makers als de opdrachtgevers. Het is in elk geval duidelijk dat er in de joodse schrijftraditie meer ruimte was voor vakmanschap dan voor heuse kunstzin in de moderne betekenis van dat woord. Wat dat zegt over het achttiende-eeuwse Europese jodendom is een tweede thema in de oratie.
Dhr. prof. dr. E.G.L. Schrijver, bijzonder hoogleraar Geschiedenis van het joodse boek: The eye of the beholder. Kunstzin en vakmanschap in achttiende-eeuwse joodse boeken.
Toegang vrij.