Rechtsgeleerdheid
Zonder technologie geen medische vooruitgang. Daarom mogen we de kansen die zij biedt niet laten liggen. Door technologie, zoals AI en DNA-analyse, kan de kwaliteit van de zorg worden verbeterd, de behandeling preciezer op de patiënt worden afgestemd, de doelmatigheid van de zorg worden verhoogd, en zelfmanagement door patiënten worden bevorderd.
Tot zover het goede nieuws, want technologiegebruik roept ook vragen op over fundamentele uitgangspunten binnen de zorg. Allereerst: voegt zij wel echt iets toe aan het bestaande arsenaal van medische mogelijkheden, of leidt zij vooral tot medicalisering en onnodige belasting van het zorgsysteem? Die vraag wordt met de dag actueler. Daarnaast is de vraag wat de rol is van de medische professional bij op technologie gebaseerde besluitvorming. Is het in de toekomst nog steeds de arts die het uiteindelijke besluit neemt (samen met de patiënt), of zal technologie die rol van hem of haar overnemen? En wat is de betekenis van persoonlijk contact binnen de zorg: kun je ook zónder dat een goede hulpverlener zijn? Of over de kwaliteit van de zorg: welke risico’s bedreigen goede zorg als deze steeds meer afhankelijk wordt van technologie en hoe kun je die risico’s tegengaan?
Technologie betekent dat de zorg steeds data-intensiever wordt. Hoe kunnen geheimhouding en zeggenschap over eigen gegevens in die omgeving overeind blijven? Door beantwoording van dit soort vragen wordt duidelijk welke waarborgen vanuit het recht nodig zijn om technologie op een verantwoorde wijze een plaats te laten krijgen in de praktijk. Die waarborgen maken deel uit van wat als ‘goed recht voor zorgtechnologie’ kan worden beschouwd, aldus Ploem.
Prof. dr. M.C. Ploem, bijzonder hoogleraar Recht, zorgtechnologie en geneeskunde: Goed recht voor zorgtechnologie.
Deze oratie is hier live te volgen.