Internationaal recht gaat terug op een contractuele logica – het vertrouwde verhaal van een Westfaals systeem van soevereine staten. Daarin hangt rechtsvorming, in de meest brede zin, op de vrijwillige instemming van alle betrokken partijen. De sluiting van een verdrag tussen staten is het klassieke voorbeeld. Maar in de loop der tijd zijn ook praktijken van ‘collectieve’ (communal) rechtsvorming ontstaan, die rusten op gezamenlijke keuzes of meerderheidsbeslissingen.
Deze blik in de Maschinenraum van het internationaal recht neemt natuurlijk niet weg dat juridische mechanismen worden gestuurd door bredere narratieven, voorstellingswerelden en ideologische kaders.
Het spanningsveld tussen contractuele en collectieve rechtsvorming, zowel in technische als ideologische zin, is een belangrijke en dikwijls onderbelichte invalshoek voor ons begrip van de rol en toekomst van het internationaal recht. Brölmann betoogt dat in de praktijk juist de combinatie van contractuele en collectieve mechanismen maakt dat het internationaal recht zichzelf kan corrigeren en geloofwaardiger maken. Internationale organisaties, met al hun gebreken, bieden in dit opzicht een kans. De binnenomgeving van organisaties laat meestal meer ruimte voor verschillende overleg-en beslisprocessen, voor nuances van normativiteit en participatie van niet-statelijke actoren. Dit perspectief zal een aandachtspunt moeten zijn bij het 80-jarig jubileum van de VN en de daarbij horende discussies over missie, middelen en hervorming van de organisatie.
De voertaal van deze oratie is Engels. Read the English summary here.
Prof. mr. dr. C. M. Brölmann, hoogleraar Internationaal publiekrecht: Mobilising the contractual and the communal in public international law
Deze oratie is hier live te volgen.