Sociologie
27 augustus 2015
Monique Kremer houdt zich in haar onderzoek aan de UvA bezig met burgers in de verzorgingsstaat. Er vinden de laatste decennia grote demografische veranderingen plaats. Zo zijn burgers beter opgeleid, worden ze ouder, en is de bevolking etnisch diverser. Ook de verzorgingsstaat beleeft een (nog ongekende) transformatie, waarbij decentralisatie en participatie de codewoorden zijn. Kremer onderzoekt wat dit betekent voor actief burgerschap. Ze heeft daarbij speciale aandacht voor de langdurige zorg. Ze doet dit onder meer door zich te buigen over vragen als: hoe werken veranderingen bij burgers en in de verzorgingsstaat op elkaar in? Wie wordt wel gezien als burger en wie niet? En wat maakt burgers betrokken? Haar onderzoek is veelal Europees vergelijkend of kwalitatief van aard.
Kremer is sinds 2004 werkzaam als senior wetenschappelijk medewerker bij de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid. Daar was ze onder meer betrokken bij de onderzoeksprojecten ‘Hoe ongelijk is Nederland?’ (2014) en ‘In betere banen’(2012). Op dit moment is ze coördinator van het project ‘Toekomst van Werk’ en is ze betrokken bij het project ‘Middenklassen onder druk?’. Ook is Kremer als onderzoeker verbonden geweest aan de UvA, de Universiteit Utrecht en het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn. Ze heeft meerdere boeken rond de verzorgingsstaat op haar naam staan, waaronder ‘How welfare states care’ en ‘Vreemden in de verzorgingsstaat: Hoe arbeidsmigratie en sociale zekerheid te combineren’ (Boom/Lemma, 2013). In 2007 ontving Kremer de prijs voor Best Young Sociologist van de European Sociological Association.