Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Verbaasd, maar ook enthousiast was Rijk Vegard van Beek toen hij hoorde dat hij voor het collegejaar 2020-2021 de positie van studentassessor mag bekleden. Hij adviseert in die functie het College van Bestuur vanuit een studentenperspectief. In vijf vragen vertelt Van Beek over zijn eerste week als studentassessor en zijn visie op het komende jaar.

Wie ben je?

‘Ik ben een 21-jarige student Geschiedenis met een speciale interesse voor koloniale en postkoloniale geschiedenis. Dit jaar volg ik vooral keuzevakken naast de baan van studentassessor. Volgend jaar rond ik dan mijn bachelor af. Eerder ben ik lid geweest van de opleidingscommissie, de Facultaire Studentenraad en ben ik actief geweest bij mijn studievereniging.’

Waarom sprak de functie je aan?

‘Begin 2020 lukte het niet om een assessor te vinden. Ik zag wat dat deed met de studentengemeenschap en de medezeggenschap. Zij hadden een spin in het web nodig, en vanuit de FSR merkte ik dat we een aanspreekpunt misten. Zeker toen corona kwam, dacht ik: “Juist nu is het jammer dat er niemand op die positie zit.” Binnen twee weken was het onderwijs meer digitaal dan ooit daarvoor. Het bleek lastig om op korte termijn input op te halen vanuit studenten en ik denk dat een assessor bijvoorbeeld in de discussie over Proctoring in een vroegtijdig stadium de pijnpunten had kunnen aangeven en de communicatie had kunnen verbeteren.’

‘Dat ik de functie zou krijgen, had ik niet verwacht. Eerder heb ik juist een kritische houding tegenover de UvA laten zien en heb ik laten zien dat ik niet bang ben om me uit te spreken. Dat werd blijkbaar juist gewaardeerd.’

Hoe was je eerste week als studentassessor?

‘De eerste vergadering was interessant. Ik heb me voorgenomen om eerst een beetje de kat uit de boom te kijken. Ondanks mijn eerdere ervaringen is dit een hele nieuwe tak van sport. Je hebt een helikopterview nodig en kijkt verder dan alleen je eigen faculteit. Ik ben een dossiervreter, maar de kwantiteit was toch even slikken. Het coronavirus speelt natuurlijk een grote rol; het meeste onderwijs blijft digitaal en de prioriteit ligt (terecht) bij eerstejaars.’

‘Zoals collegevoorzitter Geert ten Dam aangaf tijdens de Opening van het Academisch Jaar merk ik ook dat Zoomen vermoeiender is dan de hele dag reizen tussen de campussen. Het was dan ook fijn om tijdens de Opening bij elkaar te komen in een hele kleine setting. Voor mij ligt er ook een mooie kans om te adviseren over digitaal onderwijs, met name door een studentenperspectief in te brengen. En het is gezond dat het collegevoorzitter Geert ten Dam zelf ook deelneemt aan online onderwijs en daardoor eigen ervaringen heeft.’

Waar wil je je dit jaar hard voor maken?

‘Een aantal dingen komen sowieso op mijn pad; het anderhalvemeteronderwijs bijvoorbeeld. Hoe gaat dat zich verder ontwikkelen? Hoe kunnen we de kwaliteit van onderwijs behouden? Daarnaast speelt sociale veiligheid een grote rol en wil ik me inzetten voor wetenschappelijke integriteit en hoe je dat in het onderwijs verwerkt. De eerste paar weken wil ik vooral veel observeren en aan de hand daarvan mijn eigen speerpunten opstellen of bijschaven.’

‘Het fijne aan de UvA vind ik dat er veel kan, bijvoorbeeld als het gaat om studieverenigingen en het organiseren van activiteiten. Verder vind ik het belangrijk om de keuzevrijheid, bijvoorbeeld door minoren, te waarborgen. Voor mij was dat een reden om de UvA te kiezen.’

Hoe zijn de reacties tot nu toe in je omgeving?

‘De meeste reacties zijn positief. De assessor vertegenwoordigt niemand maar brengt wel het perspectief van een student in. Daarvoor trek ik (digitaal) de wereld in en ga ik in gesprek met studenten. Ik realiseer me welke verantwoordelijkheid er bij de functie hoort. Je werkt autonoom en dat gebrek aan controle en transparantie brengt kritiek met zich mee. Het is zeker geen makkelijke functie maar ik ben wel enthousiast om dit jaar aan de slag te gaan. Gelukkig draagt de kritische houding die ik eerder heb aangenomen bij aan het vertrouwen dat mensen in me hebben.’