Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Door de toeslagenaffaire, de afhandeling van aardbevingsschade in Groningen, de soms hardvochtige uitvoering in het migratierecht en het sociaal domein is de roep om een nieuwe beroepsethiek voor juristen steeds groter geworden. Hoogleraar Rechtsfilosofie en Beroepsethiek voor Juristen Iris van Domselaar bevestigt die noodzaak. In haar oratie, die ze uitspreekt op vrijdag 16 februari, doet zij een voorstel voor een burgergerichte juridische beroepsethiek.
Iris van Domselaar, foto door Kirsten van Santen
Iris van Domselaar, foto: Kirsten van Santen

In vergelijking met andere landen is aandacht voor beroepsethiek aan de rechtenfaculteiten volgens van Domselaar lang op de achtergrond gebleven. In de Verenigde Staten is het vak ‘Legal Ethics’ bijvoorbeeld al verplicht sinds het Watergate-schandaal, waarbij destijds veel advocaten betrokken waren. ‘Willen we Nederlandse juristen die mede vanuit ethische kaders keuzes kunnen maken, dan moet je ze wel de kans geven om die kennis op te doen.’ Daarom krijgen alle eerstejaars rechtenstudenten aan de UvA vanaf april 2024 een verplicht vak over het juridische beroep en beroepsethiek. Een bijzondere en belangrijke stap, zegt van Domselaar.

‘Papai, a, papapai, apa, apa, papai’

Hoe moet zo’n beroepsethiek er uit komen te zien? Als rechtsfilosoof haalt de hoogleraar haar inspiratie uit verschillende ethische theorieën, maar ook uit de Griekse tragedies. Tijdens haar oratie haalt ze de schreeuw van Filoktetes aan. ‘Papai, a, papapai, apa, apa, papai’. Filoktetes crepeert van de pijn. Zijn schreeuw is onverdraaglijk en daarom wordt hij alleen achtergelaten op een onherbergzaam eiland. Dat roept vragen op. Hoe moeten wij op menselijk lijden reageren en welke rol heeft de concrete ontmoeting met de ander hierbij? Hoe verhoudt het morele appel dat uitgaat van het lijden van een medemens zich tot politieke en professionele gehoorzaamheid en loyaliteit?

Die vragen zijn wat haar betreft ook aan de orde voor juristen. ‘Juristen zijn veel bezig met heel specifieke en specialistische vraagstukken. Ik denk dat we vaker een stapje terug moeten doen en na moeten denken over het grotere verhaal over de rol van de jurist in een sociaalliberale rechtsorde. Welke rol hebben zij bijvoorbeeld bij de bescherming van sociale grondrechten? Die vraag is voor een burgergerichte rechtsorde en beroepsethiek heel belangrijk, maar wordt nauwelijks gesteld.’

Schreeuw van de burger

Van Domselaar vraagt zich in haar oratie af: zijn juristen bij het maken van hun keuzes voldoende afgestemd op de gerechtvaardigde belangen van burgers? Hoe kunnen zij omgaan met de spanning tussen hun feitelijke juridische rol en hun verbondenheid met medeburgers? Hoe kunnen juristen zich het beste tot de ‘schreeuw’ van burgers verhouden? En welke rol heeft de ontmoeting met de concrete burger hierbij? ‘Juristen hebben een geprivilegieerde positie in de samenleving, en daardoor ook de verantwoordelijkheid om te laten zien wat hun toegevoegde waarde voor die samenleving is.’

Van Domselaar pleit ervoor dat juristen streven naar ‘burgerlijke integriteit’ en hun rol mede invullen als ‘burgervriend’. Dit houdt in dat juristen ontvankelijk zijn voor de ‘schreeuw’ van de burger en daar niet te makkelijk aan voorbijgaan met een beroep op de juridische rol. ‘In het juridisch onderwijs moet het daarom ook gaan over de uitwerking van het recht op concrete burgers, en over de heikele dilemma’s die juristen tegen kunnen komen’, aldus van Domselaar. ‘Dat vergt natuurlijk tijd. Idealiter start het gesprek hierover aan de rechtenopleiding en wordt dat voortgezet in de rechtspraktijk. Beroepsethiek is niet af te vinken, maar uiteindelijk een kwestie van een leven lang leren.’

Op vrijdag 16 februari spreekt prof. dr. Iris van Domselaar haar oratie uit in de Aula. Klik hier voor meer informatie. Tegelijkertijd verschijnt een uitgebreidere versie van de oratie als boek bij Boom uitgevers.