Joanneke Ringia
'Ik wilde niet in een keer doorstuderen maar had zin om me op andere gebieden te ontwikkelen. Ik heb nu voor het eerst een langere periode (zeven maanden) full time gewerkt, acht uur per dag. Dat was in het Anthonie van Leeuwenhoek ziekenhuis op de backoffice. Ik deed de planning en nam de telefoon op. Ik werkte er met een heel andere groep mensen dan studenten van rond de twintig die ik normaal gesproken spreek. Nu had ik te maken met doktersassistenten, veelal iets oudere vrouwen dan ik. Dat heb ik als heel nuttig ervaren; het ging nu eens niet alleen om ambities en geneeskunde of politiek. Verder heb ik er vooral geleerd met patiënten te communiceren. Ik heb er meer inlevingsvermogen door ontwikkeld en weet hoe ik iemand moet benaderen. En dat ik niet alleen vaktaal moet gebruiken. In het begin van een gesprek merk ik al of een persoon mij begrijpt of niet. Het heeft me geleerd om moeilijke dingen simpel uit te leggen.'
'Het is denk ik belangrijk voor wachttijdstudenten om vooral te kijken wat je wilt. Ga je een andere bachelor doen, hobby’s oppakken, een taal leren of werken? De meeste medische studenten zijn nog jong en het is daarom goed je op andere punten te ontwikkelen. Ik heb tijdens mijn coschappen ervaren dat studenten die iets ernaast gedaan hebben, verder ontwikkeld zijn en daar voordeel uithalen. Ze scheiden hoofd- en bijzaken beter en communiceren makkelijker met verschillende partijen. Nominaal lopen is helemaal niet zo belangrijk. Wel: wat maakt dat jij een betere dokter bent?'