Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben moeite met het leren van hun moedertaal. Om hun klasgenootjes bewust te maken van wat TOS eigenlijk inhoudt, wil promovenda Imme Lammertink een stripboek voor kinderen maken op basis van haar proefschrift. Met haar idee staat ze deze week in de finale van de Synergy Award van NWO.
Imme Lammertink

Moeite met het vinden van de juiste woorden, fouten maken bij het vervoegen van werkwoorden of woorden verkeerd uitspreken: kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) ervaren allerlei moeilijkheden bij het aanleren en gebruik van hun moedertaal. TOS is puur een taalprobleem, vertelt taalwetenschapper Imme Lammertink, en zegt dus niets over bijvoorbeeld intelligentie. ‘Maar omdat deze kinderen moeite hebben zich uit te drukken, wordt vaak van ze gedacht dat ze minder slim zijn en worden ze vaak gepest.’

Stripboek voor kinderen

Het is dus belangrijk dat klasgenoten leren begrijpen wat zo’n taalontwikkelingsstoornis precies inhoudt, zegt Lammertink, die dit jaar op het onderwerp promoveert. ‘Zeker nu steeds meer kinderen met TOS naar het regulier in plaats van het speciaal onderwijs gaan. Gemiddeld zitten in een klas één à twee kinderen met een taalontwikkelingsstoornis.’

Een stripboek over TOS, speciaal gemaakt voor kinderen in het basisonderwijs, moet helpen bij die bewustwording. De promovenda ontwikkelde haar idee als inzending voor de Synergy Award van NWO. Het idee is dat de hoofdpersoon van het stripverhaal een kind is met TOS, dat deelneemt aan de onderzoeken van Lammertink. ‘Op die manier kan ik laten zien waar kinderen met TOS tegen aanlopen,’ legt de promovenda uit, ‘en tegelijkertijd leren kinderen iets over wat het inhoudt om onderzoek te doen.’

Moeite met het herkennen van regelmatigheden

De oorzaak van TOS is nog onduidelijk, maar er zijn wel theorieën over. Een daarvan is dat kinderen met de stoornis moeite hebben met het herkennen van regelmatigheden, ook wel bekend als statistisch leren. Denk bijvoorbeeld aan werkwoorden, die in de derde persoon enkelvoud meestal de uitgang -t krijgen: hij loopt, hij praat, hij gaat. Normaal gesproken pikken kinderen dit soort regelmatigheden op, maar het lijkt erop dat kinderen met TOS daar meer moeite mee hebben.

In haar PhD-onderzoek ontdekte Lammertink echter dat deze kinderen alleen specifiek op het gebied van taal moeite hebben om patronen te herkennen. Op andere gebieden, zoals visueel, blijken ze regelmatigheden wel te herkennen. Ook kinderen met TOS zijn dus wel degelijk in staat tot statistisch leren, concludeert de promovenda. ‘Mogelijk geeft dat handvatten om ze te helpen in hun taalontwikkeling. Denk bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van leermiddelen waarin de regelmatigheden in taal meer visueel worden gemaakt.’

Over de Synergy Award

De Synergy Award is een competitie van NWO waarbij promovendi uit de geestes- en gedragswetenschappen een idee pitchen om met hun onderzoek meer maatschappelijke impact te creëren. Behalve Lammertink staan nog drie andere inzenders in de finale. De winnaar wordt door het publiek gekozen tijdens het Synergy-congres van NWO op 6 februari.

Meer over de award op nwo.nl