ERC Advanced Grant voor Marieke de Goede
17 juni 2025
Over het COLFIN-project
Financiële innovaties hebben zich tegelijkertijd ontwikkeld met vroegmoderne koloniale expansie en omgekeerd. De langere tijdshorizons, transnationale betalingen en nieuwe onzekerheden van het kolonialisme spelen een cruciale rol in de vorming van hedendaagse financiële instrumenten en praktijken. Hoewel de wetenschappelijke literatuur dit erkent, wordt – enkele uitzonderingen daargelaten – koloniaal geweld vaak buiten beschouwing gelaten in de financiële geschiedenis.
Het doel van het COLFIN-project is om in kaart te brengen en te analyseren hoe de experimentele oorsprong en ontwikkeling van financiële instrumenten gevormd zijn door koloniale uitbuiting en toe-eigening. Conceptueel nieuw is de focus op financiële infrastructuren, die worden opgevat als sociaal-technische en historisch bestendige manieren om het politiek-economische leven te organiseren. De Goede richt zich op drie belangrijke financiële technologieën: krediet, betaling en onderpand. Methodologisch combineert zij digitaal forensisch financieel onderzoek met kwalitatieve postkoloniale casestudies. Daarbij maakt het project gebruik van recent gedigitaliseerde archieven van vroegmoderne publiek-private koloniale ondernemingen, zoals de Nederlandse en Britse Oost-Indische Compagnieën, met oog voor de omissies in deze archieven.
Decanaat
De toekenning van de subsidie voor haar project betekent dat Marieke de Goede op termijn haar taken als decaan van de Faculteit der Geesteswetenschappen zal neerleggen. De Goede zal in ieder geval de periode van vier jaar volmaken tot voorjaar 2026. Hiermee is er voldoende tijd om de procedure voor de werving van een nieuwe decaan tijdig en zorgvuldig, in samenspraak met de medezeggenschap, vorm te geven.
Marieke de Goede: ‘Ik doe mijn werk als decaan met veel passie en plezier, maar al bij de start van mijn decanaat was het voor mij duidelijk dat ik op termijn terug zou keren naar het onderzoek. De start van dit project in voorjaar 2026 komt niet alleen op een goed moment, maar biedt ook voldoende tijd om zorg te dragen voor een goede overdracht. Vanzelfsprekend blijf ik me in de komende periode volledig inzetten voor de faculteit.’