Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Het lijkt zo’n simpele vraag: hoe kun je een lopende actie stoppen als dit eigenlijk moet? Bijvoorbeeld je voet van het gas halen voor een oranje stoplicht of je kwetsbare moeder toch niet omhelzen terwijl je al met open armen op haar afliep? Mathematisch psycholoog Dora Matzke gaat een wiskundig model ontwikkelen dat ‘stopgedrag’ kan meten en voorspellen hoelang dit duurt.
Auto met bestuurder staat voor oranje stoplicht

Het vermogen om al ingezette handelingen te stoppen, om je gedrag op die manier te kunnen reguleren, is een belangrijk vermogen voor het functioneren in het dagelijks leven. Het voorkomt dat we ons ongepast gedragen en daarmee anderen in verlegenheid brengen, zoals die omhelzing die nu even niet kan, en het helpt ons veilig te functioneren in onze omgeving, denk maar aan dat oranje stoplicht terwijl je voet nog op het gaspedaal ligt.

Wiskundige modellen ontwikkelen

Om preciezer te kunnen voorspellen en betere theorieën te ontwikkelen over het cognitieve vermogen om bepaald gedrag te stoppen, gaat mathematisch psycholoog Dora Matzke van de Universiteit van Amsterdam wiskundige modellen ontwikkelen die complexe datasets kunnen verwerken. ‘Het is complex te meten wat er gebeurt als iemand ergens mee stopt. Want op het moment dat iets stopt, gebeurt er juist niets en is er niets waar te nemen. Er wordt geen reactie meer gegeven. Met wiskundige modellen die zich op accuratesse- en snelheidsdata baseren kunnen we dit wel meten en veel preciezer inschatten welke tijd er in welke omstandigheden voor nodig is om een handeling te stoppen’, legt Matzke uit.

Deze vraag rond cognitie en het vermogen te stoppen wordt al lange tijd bestudeerd maar een bevredigend antwoord is tot dusver niet gevonden. ‘Het probleem is dat de modellen die hierdoor worden gebruikt eigenlijk te simpel zijn om de complexiteit rond stoppen te vatten’, legt Matzke uit, ‘maar tegelijkertijd heb je wel een model nodig om het fenomeen te kunnen verklaren.’ In eerder onderzoek heeft Matzke al modellen ontwikkeld om versimpelde stopexperimenten te kunnen meten. ‘Maar in de realiteit is het dus veel complexer. Er is een context waarin veel meer informatie en signalen een invloed hebben op je gedrag. Bovendien ontbreekt er vaak een expliciet stopsignaal, zoals een stoplicht, waardoor je informatie voortdurend uit je geheugen moet ophalen, zoals bij social distancing. Ook dat maakt de handeling complexer.’ Het nieuwe methodologische raamwerk moet in staat zijn de complexe realiteit van stoppen wel te vatten.

Vertalen naar de praktijk

Naast het ontwikkelen van wiskundige modellen, zal Matzke ook een aantal experimenten opzetten met proefpersonen. Zo kan ze testen of de modellen inderdaad kunnen voorspellen. In samenwerking met andere disciplines wil ze vervolgens ook kijken hoe de opgedane kennis naar de praktijk kan worden vertaald. Hoe kun je mensen helpen sneller te stoppen daar waar het wenselijk is? Helpen signalen in de omgeving bijvoorbeeld? En hoe kan de kennis bijdragen aan de behandeling van mensen met een stoornis. ‘Bij mensen met ADHD werd bijvoorbeeld lang gedacht dat zij niet de snelheid hadden om op tijd te stoppen. Maar uit onderzoek is gebleken dat die snelheid geen rol speelt, maar het feit dat ze het niet door hadden dat ze ergens mee moesten stoppen. Zodra dit wel het geval was, konden ze net zo snel stoppen’, licht Matzke toe.

Voor dit project heeft Matzke een NWO Vidi grant ontvangen. Het project begint rond september 2021.

Dr. D. (Dora) Matzke

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

Programmagroep: Psychological Methods