Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Herken je dat, je haalt met een vriend herinneringen op. Maar sommige herinneringen kun je met veel meer detail navertellen, dan andere. Of je haalt herinneringen door elkaar. Hoe komt het dat onze herinneringen veranderen? Context is de sleutel, stelt klinisch psycholoog Vanessa van Ast. Als ervaringen zich in dezelfde omgeving afspelen, versterkt het geheugen de herinneringen. Bij een ervaring in een nieuwe context drukt ons geheugen een eerdere herinnering juist weg.
een jonge vrouw haalt allerlei herinneringen op die in beeld rond haar hoofd tonen

Met ons zogenaamde episodische geheugen vertellen we herinneringen na die we persoonlijk hebben ervaren. Je denkt bijvoorbeeld terug aan een avond met een vriend in de bioscoop en daar kun je allerlei leuke details over delen. Bij het terugdenken aan een film die emoties opriep tijdens het kijken, kan het ook zijn dat je hart weer sneller gaat kloppen. Met ons emotionele geheugen beleven we een herinnering meer fysiek. Herinneringen kunnen echter veranderen. Je vergeet bepaalde details, er lopen details doorheen van andere ervaringen, of de beleefde emotie wordt steeds sterker wanneer eenzelfde herinnering vaker wordt opgehaald.

Vanessa van Ast
Klinisch psycholoog Vanessa van Ast

Klinisch psycholoog Vanessa van Ast onderzoekt episodisch en emotioneel geheugen en onder welke omstandigheden deze veranderen. Ze ontving een NWO Veni voor haar onderzoek en vertelt over één van de belangrijkste bevindingen: de omgeving waarin je een herinnering ophaalt heeft grote invloed op het lot van die herinnering. ‘Het was al bekend dat context invloed heeft op het ophalen van een herinnering, maar wat er daarna mee gebeurt wisten we nog niet goed.’

Geheugen in het lab onderzoeken

Maar eerst, hoe onderzoek je het geheugen? ‘Een persoonlijke herinnering kan door duizend-en-een dingen beïnvloed zijn’, vertelt Van Ast. ‘Die kunnen we als onderzoeker nooit allemaal achterhalen, en we kunnen dus niet precies weten wat er tijdens een ervaring gebeurde.’ Van Ast verrichtte daarom experimenteel onderzoek in een psychologisch lab waar ze de kernelementen van ervaringen isoleerde, om die vervolgens te manipuleren en de herinnering te testen. Hiervoor gebruikte ze materialen die uit verschillende elementen bestonden, zoals een achtergrond, voorgrondplaatjes en geluid. Deelnemers kregen op verschillende momenten variaties van die elementen te laten zien terwijl ze een oorspronkelijke herinnering ophaalden. Zo werd zichtbaar welke associaties het brein legt en hoe en waarom het geheugen verandert, ‘want herinneren is heel associatief’, legt Van Ast uit. ‘Soms werden ook negatieve plaatjes gebruikt van bijvoorbeeld een gebroken been met bijbehorende krakende geluiden om emotionele ervaringen te simuleren en fysieke reacties te meten als een verhoogde hartslag. ‘

De omgeving is heel bepalend voor je geheugen

Van Ast was vooral geïnteresseerd in de invloed die de omgeving heeft op het lot van herinneringen. ‘We wisten al dat de omgeving de sterkste trigger is om een herinnering op te halen, want iedere ervaring speelt zich af in een specifieke omgeving die daardoor een sterke herinneringstrigger wordt. Maar we wisten nog niet wat er daarna mee gebeurt.’  Hiervoor voerde ze een experiment uit waarbij deelnemers in een bepaalde context een aantal woorden zagen waar ze een verhaal bij moesten bedenken (de oorspronkelijke ‘ervaring’). De volgende dag kregen de deelnemers vergelijkbare ‘ervaringen’, maar de oorspronkelijke woorden werden steeds aan een nieuw woord gelinkt. ‘Cruciaal was dat dit de ene keer in dezelfde context gebeurde, en de andere keer in een nieuwe context.’ Op de derde dag vond de herinneringstest plaats: hoe konden deelnemers de gelinkte woorden herinneren? ‘De context bleek extreem uit te maken’, stelt Van Ast. ‘Als twee ervaringen in dezelfde context hebben plaatsgevonden, dan worden beide herinneringen veel sterker opgeslagen, en ook de onderlinge associaties. Wanneer de herinneringen echter in verschillende contexten plaatsvonden, dan werd de tweede ervaring onthouden ten koste van de oorspronkelijke ervaring. Ook de onderlinge associaties werden slechter.’

Ter illustratie, je gaat met een vriend naar de bioscoop
twee jonge vrouwen drinken koffie met elkaar
Met vrienden herinneringen ophalen

Hoe zou dit in het echte leven kunnen werken? Stel je hebt met een vriend een film in de bioscoop gezien, noemt Van Ast als voorbeeld. ‘De volgende keer ga je weer naar die bioscoop, met diezelfde vriend, maar je ziet een andere film. Een dag later haal je met die vriend de herinneringen aan deze bezoekjes op. Zowel het eerste als het tweede bioscoopbezoek zitten dan versterkt in je geheugen. Je weet nog welke film je zag, wat je dronk, welke snack je nam. Was je met eenzelfde vriend naar de film in een andere bioscoop gegaan, dan zwakt de oorspronkelijke herinnering juist enorm af terwijl je de nieuwe ervaring goed kan onthouden.’

Verschillende contexten maken herinneringen dus niet sterker

Van Ast concludeert dat je geheugen dus blijkbaar een signaal krijgt om over te schakelen naar de nieuwe context zodra je van omgeving verandert. ‘Die vindt het brein dan belangrijker dan de oorspronkelijke herinnering. Dat druist in tegen veel theorieën die stellen dat verschillende contexten herinneringen juist unieker en sterker maken, en ervoor zouden zorgen dat herinneringen minder met elkaar worden verward.’

De focus op emotionele herinneringen

Van Ast wil zich nu verder verdiepen in het emotionele geheugen. In haar onderzoek heeft ze al ontdekt dat het geheugen oorspronkelijke herinneringen versterkt als daar later een slechte en emotionele ervaring op volgde. ‘Nu lag de nadruk op het navertellen van episodische details. Maar het is nog niet duidelijk hoe emotionele reacties kunnen veranderen.’ Van Ast wil daarom onderzoeken hoe emotionele reacties op herinneringen kunnen veranderen en hoe context kan worden gebruikt om emotionele herinneringen te beïnvloeden. ‘Bijvoorbeeld om de positieve effecten van therapie te versterken. Dat is nog echt onontgonnen terrein, maar we weten nu dat context een grote rol kan spelen als je herinneringen wilt veranderen.’

Verder lezen?

Nieuwsgierig meer te lezen over het onderzoek van Vanessa van Ast? Bekijk haar profielpagina of lees dit artikel over de rol die context speelt in ons episodische geheugen.

Dr. V.A. (Vanessa) van Ast

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

Programmagroep: Clinical Psychology