Faculteit der Rechtsgeleerdheid
24 juli 2025
Voordat ze aan haar promotieonderzoek begon, werkte Terzieva bijna 14 jaar bij het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië. ‘Ik besefte hoeveel geluk mensen uit Joegoslavië hadden dat er überhaupt een tribunaal was met meer dan 160 verdachten. In veel conflicten is de kans op een internationaal strafproces heel klein. Dat wekte mijn interesse in de vraag hoe het recht van slachtoffers op de waarheid, toegang tot een rechter en schadevergoeding volgens het internationaal recht nationale zaken over oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide kunnen beïnvloeden. Vooral omdat we onze kennis uit internationale processen kunnen inzetten in nationale rechtbanken.’
‘Stel je voor dat de bel gaat, je dochter wordt meegenomen en je hebt geen idee wat er is gebeurd – zelfs 5 jaar later niet. Het “recht op de waarheid” werd voor het eerst genoemd in de jaren 70 in verband met vermiste personen. Het houdt in dat slachtoffers van mensenrechtenschendingen het recht hebben om te weten wat er is gebeurd. Vaak gaat het om onwettige detentie, foltering, verdwijningen of moord. Slachtoffers moeten weten hoe en door wie hun dierbaren zijn geschaad. Dit kan ook duidelijk maken wie er verantwoordelijk is en of het om een op zichzelf staand misdrijf gaat of om misdrijven op grotere schaal.’
Achter veel conflicten schuilen verschillende versies van wat er is gebeurd
‘Ja, maar de vraag is hoe. Als je in een nationale rechtbank een moordzaak behandelt, onderzoek je de omstandigheden van een specifieke moord. Je kijkt meestal niet naar andere soortgelijke moorden of naar de bredere context. Je kunt vaststellen dat één persoon is verdwenen, maar als je naar het grotere geheel kijkt, blijken misschien meer landgenoten onder soortgelijke omstandigheden te zijn ontvoerd en gemarteld. Mogelijk ontdek je dat de autoriteiten in tientallen zaken hetzelfde antwoord gaven: “Geen informatie of gegevens over deze persoon”. Door alle informatie te bundelen, kun je patronen ontdekken die je naar de opdrachtgevers kunnen leiden. Het recht op de waarheid vereist dat je holistisch onderzoek doet: het is een procedureel wapen.’
‘Ik heb gekeken naar zaken over de Tweede Wereldoorlog, de mensenrechtencrisis in Latijns-Amerika en binnenlandse misdaden op de Balkan. De vergelijking was interessant omdat we te maken hebben met soortgelijke misdaden die door nationale rechtbanken op verschillende manieren worden benaderd. Je kunt zien wat wel en niet werkt. Veel mensen denken dat het onmogelijk is om misdaden te onderzoeken in het land waar ze zijn gepleegd. Dat kan in de directe nasleep van de gebeurtenissen het geval zijn. Maar op een gegeven moment stabiliseert de situatie en ontstaat er het besef dat er iets moet gebeuren. Dit kan een kans bieden voor publieke aandacht en ruimte voor een ander perspectief. In Latijns-Amerika zijn slachtoffers bijvoorbeeld procedures gestart die hebben geleid tot de afschaffing van amnestiewetten door het Hooggerechtshof en de erkenning dat slachtoffers recht hebben op de waarheid over hun vermiste dierbaren.’
‘Je hebt wel een cultuur nodig die openstaat voor mensenrechten, die gebaseerd is op individuele rechten en democratische waarden. Dat heeft goed gewerkt in Latijns-Amerika, en ook in Europa is daarvoor een basis aanwezig. Om dit te laten werken, moeten mensen vertrouwen hebben in de rechtbanken.’
‘Veel conflicten ontstaan omdat we simpelweg niet weten wat er is gebeurd. Vaak zijn we het oneens over de feiten. Als we allemaal van dezelfde feiten uitgaan, komen we eerder tot dezelfde conclusies. Achter veel conflicten schuilen verschillende versies van wat er is gebeurd. Als rechtbanken de feiten op geloofwaardige wijze kunnen vaststellen, helpt dat. Het is geloofwaardig omdat bewijs kan worden aangevochten, en dit alles in het openbaar gebeurt. Tijdens mijn onderzoek kwam ik interviews tegen met minderheden uit Guatemala die het slachtoffer waren van vreselijke misdaden. Toen de waarheidscommissie met haar bevindingen kwam, luisterde er bijna niemand. Maar toen slachtoffers hun verhaal in de rechtbank vertelden, begrepen mensen dat de misdaden echt hadden plaatsgevonden. Zelfs mensen die eerder weigerden te luisteren, stonden er toen meer voor open.’