Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
In een recent gepubliceerd artikel in het wetenschappelijke tijdschrift NPJ Heritage Science laten onderzoekers van het Rijksmuseum en de Universiteit van Amsterdam zien hoe Rembrandt zijn pigmentkeus toespitste op een contrastrijke, realistische weergave van zijn onderwerpen. Daarbij wist hij op een bijzonder wijze zijn ‘clair-obscur’ effect te realiseren. Ze concluderen dat aan de hand van onderzoek naar opvallende details in het kostuum van luitenant Willem Van Ruytenburch in De Nachtwacht.

De studie maakte deel uit van het promotieonderzoek van Nouchka De Keyser die hier onlangs op promoveerde bij Prof. Katrien Keune, hoofd onderzoek bij het Rijksmuseum en hoogleraar bij het Van ’t Hoff Institute for Molecular Sciences van de Universiteit van Amsterdam. Het werk maakte tevens onderdeel uit van de grote wetenschappelijke studie naar Rembrandts meesterwerk, Operatie Nachtwacht. Voor het onderzoek werd samengewerkt met verschillende andere universiteiten en instellingen.

Spel met licht, schaduw en context

Elementenanalyse. Een MA-XRF scan brengt de verdeling van de aanwezige chemische elementen in het schilderij in beeld, waarvan er hier een aantal zijn weergegeven. Dit vormt de basis voor verdere analyse naar Rembrandts gebruik van pigmenten. Beeld: HIMS / NPJ Heritage Science, met dank aan het Rijksmuseum.

De paper in NPJ Heritage Science beschrijft hoe high-tech macroscopische beeldvormingstechnieken hielpen om inzicht te krijgen in Rembrandts schilderproces bij het geborduurde kostuum van Van Ruytenburch. Identificatie van de aanwezige chemische verbindingen en hun microscopische structuur bracht aan het licht hoe Rembrandt een verfijnd palet van pigmenten toepaste. Daaronder zijn loodwit, lood-tin-geel, gele en rode okers, vermiljoen, arseensulfidepigmenten, rode lakken, smalt en azuriet.

Het onderzoek laat zien dat Rembrandt al deze pigmenten op een consistente, systematische manier gebruikte om picturale eenheid te bereiken. Met die term geven experts aan dat de elementen in een schilderij een natuurlijk, harmonieus geheel vormen, alles voelt ‘kloppend’. Lichtval is daarbij een cruciaal aspect. Om overtuigend gradaties van licht en schaduw weer te geven, past Rembrandt de pigmenten in groepen toe om tonale contrasten tussen de verlichte en schaduwrijke gebieden te realiseren.

Zo creëerde hij een optisch fenomeen dat tegenwoordig bekendstaat als het gelijktijdig contrast-effect. Het is een manier om kleurschakeringen te realiseren zonder verschillende verfsoorten of toonwaarden te mengen. Rembrandt gebruikte steeds hetzelfde pigment (zoals gele oker), maar plaatste dit strategisch in lichte en donkere partijen. Hierdoor lijkt de kleur lichter of donkerder, afhankelijk van de omliggende tinten en contrasten.

Historische bevestiging

De observatie van de onderzoekers komt overeen met een aantekening over Rembrandts schildertechniek door zijn leerling Samuel Van Hoogstraten. In het vijfde hoofdstuk van zijn traktaat Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt schrijft Van Hoogstraten dat Rembrandt een meester was in het combineren van bij elkaar passende kleuren.

Pigmentanalyse. Links het kostuum van Van Ruytenburch zoals het bij daglicht te zien is in het Rijksmuseum. De afbeelding rechts toont de resultaten van de spectrale analyse, waarbij de (valse) kleuren de verschillende gebruikte pigmenten weergeven. Dit getuigt van Rembrandts vermogen om kleuren te manipuleren en toont hoe hij consequent specifieke pigmentgroepen koos om de licht- en schaduwtinten weer te geven, en de tonale variaties daartussen. Van de meest verlichte delen tot de diepste schaduwen is een systematische toepassing van pigmenten en zorgvuldige gelaagdheid waarneembaar. Dit meesterschap creëert een overtuigend clair-obscur en draagt zo bij aan de compositorische eenheid van het geheel. Beeld: HIMS / NPJ Heritage Science, met dank aan het Rijksmuseum.

Hij adviseert kunstenaars om Rembrandts voorbeeld te volgen: laat licht en donker niet te veel in elkaar overvloeien, maar groepeer ze op een slimme manier: ‘laet uwe sterkste lichten met minder lichten minlijk verzelt zijn, ik verzeeker u, datze te heerlijker zullen uitblinken; laet uwe diepste donkerheden met klaere bruin tens omringt zijn, op datze met te meerder gewelt de kracht van het licht mogen doen afsteeken.’

Dit spel met licht, schaduw en context gaven Rembrandts schilderijen een natuurlijke diepte, volume en driedimensionaliteit. Hoewel het begrip later pas werd benoemd, kenden wetenschappers als Ibn al-Haytham en Leonardo da Vinci al het principe dat kleuren en helderheid anders worden waargenomen afhankelijk van hun omgeving. Rembrandt paste dit bewust toe om een overtuigend clair-obscur (licht-donker) effect te creëren, ook wel bekend als chiaroscuro.

Degradatieonderzoek

Met de geavanceerde onderzoekstechnieken was het ook mogelijk verouderingsprocessen in de Nachtwacht te duiden. Zo werd de aanwezigheid en distributie vastgesteld van loodarsenaten (mimetiet Pb5(AsO4)3Cl en schulteniet Pb(HAsO4)), calciumoxalaten (weddeliet, CaC2O4·2H2O) en een kalium-houdend lood sulfaat (palmieriet K2Pb(SO4)2). Deze verbindingen zijn in de loop der tijd gevormd door de degradatie van de oorspronkelijk gebruikte pigmenten. Zo konden de onderzoekers ook de invloed van de degradatieproducten op de weergave van Van Ruytenburch’s kostuum en Rembrandts licht-donkercontrasten beter dan ooit tevoren in kaart brengen.

Publicatie details

Nouchka De Keyser, Annelies van Loon, Francesca Gabrieli, Frederik Vanmeert, Fréderique T. H. Broers, Petria Noble, Steven De Meyer, Arthur Gestels, Victor Gonzalez, Mitra Almasian, Inez van der Werf, Erma Hermens, Koen Janssens & Katrien Keune: Illuminating Rembrandt’s Chiaroscuro in The Night Watch: the painting process of Van Ruytenburch’s costume. npj Heritage Science volume 13, Article number: 406 (2025). DOI: 10.1038/s40494-025-01874-w

Zie ook