
Alle kinderen zijn geboren wetenschappers: ze worden geboren met een grote nieuwsgierigheid, ze vormen hypothesen over hoe de wereld werkt, ze verzamelen informatie en ze komen zo tot nieuwe inzichten. Toch denken veel kinderen dat wetenschap niet voor hen is weggelegd.
‘Er bestaat een hardnekkig stereotype beeld van de wetenschapper’, stelt Eddie Brummelman, hoofdonderzoeker van het project. ‘Als je kinderen vraagt een wetenschapper te tekenen, schetsen ze vaak een witte man met een bril en een laboratoriumjas, te midden van indrukwekkende apparatuur: reageerbuizen, bunsenbranders en machines met wijzerplaten.’
Dit beeld noemt Brummelman niet alleen onjuist, maar ook schadelijk. ‘Meisjes, kinderen met een niet-westerse migratieachtergrond en kinderen zonder hoogopgeleide ouders zullen zich niet snel in dit beeld herkennen. Daarom denken ze vaker dat wetenschap niet voor hen is weggelegd. Zo gaat er op jonge leeftijd al ontzettend veel wetenschappelijk talent verloren!’

Een inclusief beeld scheppen
Met het lespakket ‘Wie is de wetenschapper?’ kunnen kinderen ontdekken dat iedereen een wetenschapper kan zijn, ongeacht sekse en migratieachtergrond of sociaaleconomische achtergrond. Ook leert het lespakket dat er meerdere vormen van wetenschap zijn: het gaat bijvoorbeeld niet alleen om natuurkunde, scheikunde en wiskunde, maar ook om psychologie, pedagogiek en filosofie. Het pakket bestaat uit opdrachten voor groep 7 en 8 om samen in de klas uit te voeren. Dit duurt anderhalf uur.
‘Aan het begin van de les vragen we kinderen om een échte wetenschapper te tekenen,’ zegt Justine Brüninghaus, die als student-assistent het lespakket ontworpen heeft. ‘Een leerling tekende mij—als jonge vrouw—als echte wetenschapper! Maar ze tekende mij wel in een laboratoriumjas en met een reageerbuis in mijn handen.’ Daarna hadden we een gesprek over verschillende soorten wetenschap: ‘Onderzoek naar de opvoeding van kinderen is ook wetenschap! Dat heet pedagogiek.’ Dit was de perfecte inleiding voor het tweede deel van de les, waarin kinderen een sociaalwetenschappelijk experiment doen.

Drie gouden tips voor ouders en leerkrachten
De onderzoekers hebben vast drie gouden tips voor leerkrachten en ouders:
- Leer kinderen dat wetenschap gaat om experimenteren: proberen, falen en opnieuw proberen. Je hoeft het niet meteen onder de knie te hebben. Je kunt er steeds beter in worden. Dus als iets niet lukt, denk dan niet: ‘Ik ben niet slim genoeg…’ maar denk: ‘Hier valt iets nieuws te leren!’
- Leer kinderen dat wetenschap draait om samenwerken. Wetenschap doe je niet in je eentje op een zolderkamer en het is ook geen wedstrijd. Je doet het samen met mede-wetenschappers over heel de wereld, met een gemeenschappelijk doel: de wereld beter begrijpen.
- Als je praat over wetenschap, leg dan geen nadruk op stereotype beelden van wetenschappers, zoals Einstein of Newton. Praat over de manier hoe wetenschap wordt bedreven: je verwonderen, vragen stellen, experimenten bedenken en ontdekkingen doen.
Download het lespakket
Het lespakket is al met succes getest en uitgevoerd bij meerdere basisscholen. Geïnteresseerde scholen kunnen het lespakket downloaden of voor vragen contact opnemen met: