Elke onderzoeker krijgt maximaal 320.000 euro toegewezen. De beurs is een stimulans voor avontuurlijke, talentvolle en baanbrekende onderzoekers om de komende drie jaar hun eigen onderzoeksideeën verder te ontwikkelen. In totaal honoreert NWO in deze ronde tweehonderd onderzoeksprojecten.

De UvA-laureaten

Economie en Bedrijfskunde
 

• Dr. Lina Zhang (Economie): How Social Networks Shape What We Do and Who We Become
  De meningen en het gedrag van mensen – zoals hun aankopen, hun opleidingskeuze, welke taal ze spreken – worden allemaal beïnvloed door hun interacties binnen sociale netwerken met vrienden en kennissen. De mechanismen achter het ontstaan van netwerken en hoe ze ons dagelijks leven vormgeven – cruciaal om veel sociaal-economische fenomenen te begrijpen – blijven grotendeels onderbelicht door de complexiteit van de observeerbare gegevens. Zhang gaat nieuwe inzichten geven in de verschillende factoren die netwerken vormen en introduceert innovatieve benaderingen om netwerkeffecten beter te karakteriseren. 

Faculteit der Geesteswetenschappen

• Dr. Eric Johnson (Archeologie): Living Stonework: Indigenous Ceremonial Landscapes, Colonial Palimpsests, and Transatlantic Collaborative Archaeology
  Duizenden jaren lang hebben inheemse volkeren in het oosten van Noord-Amerika steenlandschappen gebruikt voor ceremoniële doeleinden. Sinds het begin van de Europese kolonisatie zijn echter veel heilige stenenconstructies vernietigd, herbestemd of vergeten. Hierdoor beginnen archeologen nu pas de betekenis van deze bijzondere locaties te ontdekken. In samenwerking met de Ramapough Munsee-Lenape Nation uit New Jersey gaat Johnson recente ontwikkelingen in de LiDAR-technologie gebruiken om ceremoniële steenlandschappen te identificeren en te behouden. Johnson gaat ook Nederlandse en Amerikaanse koloniale archieven bestuderen om waardevolle context te kunnen bieden, met heroverweging van het erfgoed van Nieuw-Nederland in de huidige tijd. 

• Dr. Marjolein Lanzing (Filosofie): Just not Fair: Towards a Normative Framework for AI and Algorithmic Surveillance Technologies (ASTs) from the Perspective of Structural Injustice.
  Algoritmic Surveillance Technologies (ASTs) zoals gezichtsherkenning en voorspellende algoritmes worden in steeds meer sociale domeinen ingezet. Helaas kunnen ze discrimineren. Het ethische begrip dat hiervoor gebruikt wordt, algoritmische eerlijkheid, is niet toereikend. Het laat de sociale structuren zoals instituties waarin algoritmes zijn ingebed, buiten beschouwing. Dat zorgt ervoor dat we belangrijke bronnen van algoritmische discriminatie, zoals ongelijke machtsverhoudingen, missen. Lanzing gaat op basis van drie casestudies een nieuw normatief raamwerk ontwikkelen om ASTs te beoordelen vanuit de theorie van structurele onrechtvaardigheid.
• Dr. Divya Nadkarni (Literatuurwetenschap): Political Friendship for a Fractured World 
  Nadkarni gaat onderzoeken hoe literaire verbeeldingen van vriendschap onze relaties kunnen vormgeven, gemeenschappen versterken en democratieën kunnen steunen in turbulente tijden. Aan de hand van inzichten uit romans en korte verhalen van niet-westerse achtergrond onderzoekt ze hoe deze voorstellingen van vriendschap bestaande ideeën kunnen uitdagen en nieuwe vormen van saamhorigheid stimuleren. Met dit nieuwe perspectief wil ze een (veer)krachtiger vorm van democratische solidariteit inspireren, die het hoofd kan bieden aan toenemende polarisatie, autoritaire dreigingen en de instabiliteit van onze wereld. 
• Dr. Fernando van der Vlist (Mediastudies): Who controls AI? Power, Platforms and Europe's Digital Future
  Grote technologiebedrijven spelen een belangrijke rol in de wereldwijde ontwikkeling van kunstmatige intelligentie (AI) door controle uit te oefenen over de onderliggende infrastructuur en financiële geldstromen. Van der Vlist richt zich in zijn onderzoek op de manier waarop deze bedrijven AI-technologieën integreren in diverse sectoren en welke gevolgen dit heeft voor de samenleving en economie. Hij behandelt ook hoe Europa uitdagingen zoals afhankelijkheid van buitenlandse technologie en marktdominantie kan aanpakken. Met zijn project geeft Van der Vlist praktische inzichten om AI-systemen eerlijker en veerkrachtiger te maken en beter af te stemmen op Europa’s weg naar digitale onafhankelijkheid.

Faculteit der Geneeskunde (Amsterdam UMC, locatie AMC)

• Dr. Jill Bracht: Realiable Blood Tests with VesicleXpress.
  Bloedtesten worden steeds belangrijker om ziekte vroeg op te sporen, maar kleine verschillen in de verwerking van bloedmonsters kunnen de testresultaten beïnvloeden. Deze zogenoemde pre-analytische factoren, zoals de snelheid van verwerking of de precisie van de persoon die het monster verwerkt, kunnen ervoor zorgen dat kleine deeltjes in het bloed die op ziekten kunnen wijzen worden gemist. Bracht onderzoekt hoe deze factoren de testresultaten beïnvloeden en ontwikkelt betere methoden voor het verwerken van bloedmonsters om consistente en nauwkeurige ziekteherkenning te garanderen.
• Dr. ing. Kaspar Bresser: Re-wiring Immunity: Unraveling Post-Transcriptional Mechanisms Controlling T-cell State and Function
  T-cellen zijn onmisbare witte bloedcellen en vormen een belangrijk onderdeel van het immuunsysteem. Problemen in de ‘programmering’ van T-cellen kan leiden tot ernstige ziekten. Bij kanker verliezen T-cellen hun vermogen om schadelijke cellen aan te vallen, terwijl overactieve T-cellen per ongeluk het lichaam kunnen aanvallen en auto-immuunziekten kunnen veroorzaken. Bresser vergelijkt de programmering van deze typen T-cellen om verschillen te vinden. Deze inzichten kunnen helpen om zieke T-cellen te ‘herprogrammeren’, bijvoorbeeld door ze te activeren om kanker te bestrijden of juist te remmen bij auto-immuunziekten.
• Dr. Hung-Jen Chen: From Antiviral Defense to Uncontrolled Hyperinflammation: Macrophage Interferon Signaling Rewiring
  Ernstige COVID-19 wordt gekenmerkt door overmatige ontstekingen en een verstoorde antivirale afweer, waarbij obesitas het risico aanzienlijk verhoogt. Afucosylerede IgG’s, immuuneiwitten die specifiek worden geproduceerd bij ernstige gevallen, activeren immuuncellen zoals macrofagen en veroorzaken schadelijke ontstekingsreacties. Metabole veranderingen die gepaard gaan met obesitas verergeren deze disbalans. Chen onderzoekt hoe afucosylerede IgG’s en obesitas het immuunsysteem ontregelen, waarbij de balans verschuift van antivirale verdediging naar ontsteking. Het doel is om nieuwe aangrijpingspunten voor medicatie te identificeren. Door belangrijke verbanden tussen ontsteking, antivirale respons en stofwisseling te ontrafelen, wil hij bijdragen aan betere behandelingen voor risicogroepen, zoals mensen met obesitas, en de paraatheid voor toekomstige pandemieën versterken.
• Dr. Bram Hulst: NEphroProtective Treatment Using Noticing Early Perioperative Distress (NEPTUNE) 
  Als het lichaam onder stress staat, kan het vet en suiker omzetten in ketonen. Organen gebruiken deze ketonen als alternatieve energiebron, maar in tegenstelling tot gewone brandstoffen hebben deze minder zuurstof nodig om cellen van energie te voorzien. Een operatie aan het hart, de anesthesie en het gebruik van een hart-longmachine kunnen allemaal de bloedtoevoer en zuurstoftoevoer naar vitale organen verminderen. Dit leidt vaak tot schade in vitale organen zoals de nieren, een ernstige complicatie. Hulst gaat testen of het toedienen van ketonen tijdens een hartoperatie de nieren kan beschermen wanneer ze minder zuurstof krijgen dan normaal. Deze ontdekking zou artsen een eenvoudige manier kunnen bieden om nierschade te voorkomen bij patiënten die een operatie moeten ondergaan.
• Dr. Inge Mulder: Vascular Dysfunction in Acute Ischemic Stroke: Identifying and Targeting New Therapeutic Pathways 
  Ondanks beschikbare behandelingen voor een herseninfarct, herstelt het overgrote deel van de patiënten niet volledig. Het doel van Mulders onderzoek is om het herstel na een herseninfarct te verbeteren door fundamentele kennis over de functie van bloedvaten na een herseninfarct te vergroten. Mulder richt zich hier op slecht herstel van de doorbloeding als gevolg van vernauwing en verstopping van kleine bloedvaten in de hersenen, met name stroomafwaarts van de obstructie van het grote bloedvat. Door infarctmodellen in muizen en cellen te integreren met geavanceerde beeldvormingtechnieken, probeert ze behandelingsdoelen te identificeren en nieuwe therapeutische mogelijkheden te verkennen.
• Dr. Anne van der Spek: The GUT2D Study: Do Changes in the Gut Microbiome Trigger Graves' Disease?
  De ziekte van Graves is een auto-immuunziekte die een overactieve schildklier veroorzaakt. De symptomen zijn al lang bekend, maar de onderliggende oorzaak niet. In haar onderzoek maakt Van der Spek gebruik van een computergestuurde methode om darmbacteriën die het immuunsysteem in verwarring brengen te identificeren bij patiënten met de ziekte van Graves. In tegenstelling tot wat eerder werd gedacht, blijken deze bacteriën niet het gevolg te zijn van de ziekte, maar juist een oorzaak ervan. Ook onderzoekt ze met een nieuwe, precieze meetmethode onderzocht of de darmbacteriën schildklierhormoon recyclen en zo de ziekte erger maken. Daarna kijkt ze in immuuncellen van Graves-patiënten en in gegevensbanken met patiëntmateriaal of de gevonden darmbacteriën inderdaad de ziekte veroorzaken of verergeren.
• Dr. Barbara Verhaar: The Salty Gut: On the Crosstalk Between Sodium Homeostasis and the Gut Microbiome
  Hoge bloeddruk is wereldwijd een belangrijke oorzaak van hart- en vaatziekten, waarbij een te hoge zoutinname een grote rol speelt. Toch reageert niet iedereen hetzelfde op een hoge zoutinname, en de redenen hiervoor zijn nog niet goed bekend. Verhaar onderzoekt hoe zouttolerante bacteriën in de darm de opname van natrium en de regulatie van de bloeddruk beïnvloeden.

Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

• Dr. Robin Baeyens (Sterrenkunde): Chemistry in Ionospheres as a New Way to Probe Atmospheric Conditions of Exoplanets
  Ook planeten buiten ons zonnestelsel kunnen een dampkring hebben. Maar uit welke stoffen deze bestaat, weten onderzoekers niet zeker. Toch is deze vraag erg belangrijk om te bepalen hoe de planeet is ontstaan en of er leven zou kunnen zijn. Baeyens gebruikt de James Webb-ruimtetelescoop om de dampkringen van exoplaneten te observeren en te onderzoeken of hun samenstelling afhangt van het sterrenlicht dat ermee reageert.
• Dr. Julia Bodensteiner (Sterrenkunde): How a Cosmic Dance Tells Us about Gravitational Waves 
  Zwaartekrachtsgolven zijn rimpelingen in de ruimtetijd veroorzaakt door samensmeltende nauwe paren zwarte gaten of neutronensterren aan het einde van een dramatische kosmische dans. Hoe zulke nauwe paren van compacte objecten ontstaan is een centrale vraag in de astrofysica. De gangbare theorie interpreteert ze als eindproducten van nauwe dubbelsterevolutie, maar welke en hoeveel dubbelsterren uiteindelijk de ruimtetijd laten rimpelen is moeilijk te beantwoorden. Bodensteiner richt zich in haar onderzoek op unieke waarnemingen van snel rondtollende OeBe-sterren, die draaien rond een partner en ons al dansend veel meer kunnen leren over de weg naar zwaartekrachtsgolven.
• Dr. Sian Brooke (Informatica): Human-Centered Code: Building Accessible IDEs for Neurodiverse Women in Computing Education
  Brooke richt zich in haar onderzoeksproject op het gebrek aan diversiteit in software-engineering door zich te richten op neurodiverse vrouwen die willen leren programmeren. Met behulp van generatieve AI ontwikkelt ze gepersonaliseerde, inclusieve tools om uiteenlopende leerbehoeften te kunnen ondersteunen. Via focusgroepen, co-designworkshops en een iteratief ontwerpproces identificeert Brooke barrières in bestaande programmeertools en komt ze met AI-gestuurde oplossingen. Daarbij introduceert ze het concept ‘human-centered code’, waarbij gebruikersgecentreerde en inclusieve principes worden geïntegreerd in programmeeromgevingen. Door toegankelijkheid en gelijkheid centraal te stellen in programmeertools, empowert Brooke neurodiverse vrouwen, bevordert ze inclusiviteit in programmeeronderwijs en positioneert ze AI als een empowerment voor samenwerking en innovatie.
• Dr. Stephanie (Alex) Brown (Natuurkunde): The Hunt for New Physics: Using the Power of Neutron Stars to Test Einstein's Theory of Gravity 
  Brown onderzoekt fusies van neutronensterren, die zich voltrekken op het grensvlak van zwaartekracht- en kernfysica. De sterke zwaartekrachtsvelden en bijna-lichtsnelheid-snelheden binnen deze extreme systemen bieden een unieke mogelijkheid om ultradichte materie te bestuderen. Door een kader te ontwikkelen waarbinnen de algemene relativiteitstheorie wordt toegepast op neutronensterren, creëert Brown de eerste theorie-agnostische analyse van dergelijke systemen. Daarbij draagt zij bij aan de verdere ontwikkeling van data-analyse en machine learning-technieken, waardoor het wetenschappelijke potentieel van de huidige en toekomstige zwaartekrachtgolfdetectoren wordt gemaximaliseerd en nieuwe wegen worden geopend om de zwaartekracht en het heelal te begrijpen.
• Dr. Olfa D'Angelo (Natuurkunde): Influence of Gravity on Granular Flows, from Earth to Space and Back
  Hoe zouden alledaagse objecten zich gedragen zonder zwaartekracht? Een lastige vraag, want zwaartekracht is altijd aanwezig. Bij zachte, stromende materialen overheerst zwaartekracht vaak de materiaaleigenschappen. Dit verklaart waarom granulair materiaal, van poedersuiker tot aardverschuivingen en asteroïden, nog niet volledig begrepen wordt: hun intrinsieke eigenschappen blijven door zwaartekracht verborgen. In dit project meet D’Angelo het effect van zwaartekracht op granulair stromingsgedrag, op aarde en in lage zwaartekracht. Op basis daarvan ontwikkelt zij een model dat in beide situaties werkt en een experimenteel zand dat nabootst hoe maangrond stroomt. Zo kunnen ruimtetechnologieën veilig op aarde worden getest vóór ruimtemissies.
• Dr. Jan-Willem van Ittersum (Wiskunde): Modular Forms and Multiple Zeta Values in Mathematical Physics
  Niet alleen monteurs hebben gereedschap nodig: ook voor theoretisch wiskundig onderzoek zijn werktuigen nodig: ‘abstracte hamers en zagen’. Van Ittersum gaat allerlei gereedschappen (wiskundige stellingen) ontwikkelen om getallensequenties uit de getaltheorie, meetkunde en mathematische fysica te beschrijven. In het bijzonder gaat hij de ‘vingerafdruk’ bepalen van nieuwe zogenoemde modulaire symmetrieën die zulke sequenties kunnen bezitten, met als doel om zulke symmetrieën beter te kunnen herkennen en te gebruiken. Hierdoor gaat Van Ittersum bijdragen aan de significante verzameling wiskundige problemen die zijn opgelost door modulariteitseigenschappen te gebruiken.
• Dr. Divya Ravi (Informatica): Practical Multi-Party Computation with Cheater Identification  
  Secure Multi-Party Computation (MPC) maakt het mogelijk voor meerdere partijen om gezamenlijk een functie te berekenen op basis van hun eigen data-invoer, zonder die invoer aan elkaar prijs te geven. Ondanks de grote potentie van MPC, blijft het gebruik van MPC-protocollen beperkt. In de meeste praktische toepassingen kunnen oneerlijke deelnemers namelijk de berekening verstoren zonder dat daar consequenties aan verbonden zijn. Dit ontmoedigt eerlijke deelname. Het is daarom cruciaal dat valsspelen geïdentificeerd kan worden. Ravi gaat praktisch efficiënte MPC-protocollen mét valsspeleridentificatie ontwikkelen via twee hoofdbenaderingen. Ze gaat alternatieve, kosteneffectieve maar realistische vormen van identificeerbaarheid verkennen. Daarnaast gaat ze het aanvalsmodel verfijnen op een manier die echte dreigingen weerspiegelt, zonder dat het model onnodig streng is.
• Dr. Kamran Salehi Vaziri (Natuurkunde): Constraining the Space of Cosmological Theories 
  Een van de belangrijkste doelen van de moderne natuurkunde is het beschrijven van de exponentiële uitdijing van ons universum, zowel in het verleden als in de toekomst. De juiste theorie om ons universum te beschrijven moet consistent zijn met fundamentele fysische principes. Salehi Vaziri stelt, door de regels van de quantummechanica en de symmetrieën van de ruimtetijd toe te passen, een raamwerk voor om de criteria te identificeren waaraan ons uitdijende universum moet voldoen. Deze aanpak biedt belangrijke inzichten in de fysica van het vroege universum en het uiteindelijke lot ervan.
• Dr. Lucas Slot (Wiskunde): Foundations of Sum-of-Squares Algorithms: Worst-Case and Beyond
  Sommen van kwadraten zijn wiskundige objecten met een lange geschiedenis. Hoewel ze vroeger vooral bestudeerd werden omwille van hun theoretische eigenschappen, worden ze tegenwoordig gebruikt als gereedschap om krachtige algoritmes te ontwikkelen. Met die algoritmes kunnen allerlei problemen in de exacte en toegepaste wetenschappen worden opgelost. Slot gaat in zijn onderzoeksproject bouwen aan de wiskundige fundamenten van deze algoritmes. Op basis hiervan probeert hij hun succes te verklaren. In het bijzonder ontwikkelt hij methodes waarmee we verder kunnen kijken dan het ‘worst-case scenario’.
• Dr. Nicole Walasek (Biologie): From Theory to Test and Back: Testing and Advancing Theory about Sensitive Periods beyond Early Ontogeny
  Waarom individuen in bepaalde levensfasen zo gevoelig zijn voor ervaringen is een evolutionair raadsel. De meeste onderzoeksvragen richten zich op deze gevoelige perioden vroeg in de ontwikkeling. Maar er is een groeiend besef dat gevoeligheid ook in latere fasen, zoals adolescentie, toegenomen kunnen zijn. Formele wiskundige modellen of empirische testen over de evolutie van deze latere gevoelige perioden ontbreken, maar deze kunnen cruciaal zijn om te voorspellen hoe dierenpopulaties reageren op snelle klimaatverandering of grote tegenslagen (zoals een pandemie). Met een krachtige combinatie van experimentele evolutie en nieuwe theoretische modellen wil Walasek ons begrip van late gevoelige perioden verdiepen.
• Dr. David Wellnitz: Quantum Simulation of Collective Quantum Dynamics in Photo-Chemistry
  Wij willen de dynamica van chemische reacties kunnen voorspellen om deze op een microscopisch niveau te kunnen manipuleren. Deze voorspellingen zijn normaal gesproken gericht op losse moleculen, maar een alternatieve aanpak –  waarbij de reactiedynamica van veel moleculen collectief wordt beïnvloed door licht – is ook mogelijk. In experimenten zijn synchronisatie en veranderde reacties waargenomen in optische holtes (twee parallelle spiegels waartussen licht gevangen wordt). Het berekenen en voorspellen van deze collectieve dynamica is echter zelfs voor de beste supercomputers buiten bereik. Wellnitz gaat onderzoeken hoe quantumsimulators nieuwe inzichten kunnen opleveren door deze chemische dynamica na te bootsen in een gecontroleerde omgeving.

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

• Dr. Sophia Backhaus (Pedagogische wetenschappen):  Protecting Children: A Closer Look at Violent Parenting Behaviors
  Geweld tegen kinderen door ouders komt wereldwijd veel voor en heeft ernstige en blijvende gevolgen. We weten nog te weinig over welke vormen van geweld (bijvoorbeeld slaan, schelden, bedreigen) het meeste voorkomen en waarom ouders juist deze gedragingen vertonen en hoe we deze gedragingen kunnen terugdringen. Backhaus gaat inzicht geven in deze vragen met behulp van gegevens van meer dan 1 miljoen ouders wereldwijd. Hiermee kunnen we geweld tegen kinderen beter voorspellen en effectievere preventiestrategieën ontwerpen om kinderen te beschermen.
• Dr. Hao Nguyen (Communicatiewetenschap): Disconnecting in an Always-Connected World: A source of New Digital Inequalities?
  Digitale connectiviteit biedt veel voordelen, maar roept ook zorgen op over digitale overbelasting en welzijn. Waar sommigen er goed in slagen hun gebruik van digitale media te beperken, hebben anderen moeite om zich los te maken. Niet iedereen beschikt over de vaardigheden om een digitale balans te vinden, wat sociaal-digitale ongelijkheden versterkt. Nguyen onderzoekt hoe verschillen in vrijwillige ontkoppeling een belangrijke drijvende kracht zijn achter digitale ongelijkheid in onze altijd-verbonden samenleving. Ze kijkt naar de vaardigheden die mensen nodig hebben om hun (dis)connectiviteit effectief te beheren, en onderzoekt hoe individuele, sociale en digitale factoren ongelijkheid in ontkoppeling beïnvloeden. Uiteindelijk herdefinieert Nguyen wat we onder digitale ongelijkheid verstaan, en brengt ze de maatschappelijke gevolgen van ongelijkheid in ontkoppeling in kaart.
• Dr. Alexandra Sarafoglou (Psychologie): Why Researchers Disagree - and What We Can Learn from it
  Wat gebeurt er wanneer meerdere onderzoeksteams dezelfde data analyseren? Verrassend genoeg lopen hun resultaten vaak uiteen — soms zelfs sterk. Dat komt doordat onderzoekers verschillende methoden gebruiken, wat kan leiden tot tegenstrijdige conclusies. De wetenschappelijke gemeenschap begint steeds meer het many-analysts-principe te omarmen: meerdere teams die dezelfde onderzoeksvraag analyseren met dezelfde dataset. Maar er bestaat momenteel geen betrouwbare manier om al die bevindingen samen te voegen. Sarafoglou gaat een nieuwe statistische methode ontwikkelen om de resultaten van many-analysts-studies samen te brengen. Deze aanpak kan de wetenschap betrouwbaarder maken en de manier waarop onderzoekers wetenschappelijke vragen benaderen verbeteren.
• Dr. Amber van der Wal (Communicatiewetenschap): Turning Algorithms for Good: ‘Injecting’ Humor to Protect Youth from Harmful Social Media Content
  Sociale media gebruiken algoritmes om gebruikers aansprekende content aan te raden. Dit wordt als prettig ervaren, maar de keerzijde is dat jongeren vaak blootgesteld worden aan op uiterlijk gerichte content, zoals fitness- of dieetvideo’s, wat hun zelfvertrouwen en welzijn schaadt. Van der Wal gaat onderzoeken hoe het toevoegen van humoristische video’s aan feeds deze effecten kan tegengaan. Met TikTok als testomgeving bekijkt ze hoeveel humor nodig is om jongeren te beschermen tegen negatieve effecten, hoe algoritmes reageren op het toevoegen van humor en hoe effectief deze aanpak is in het dagelijks leven van jongeren, met als doel een veiligere online omgeving te creëren.
• Dr. Sofia Wickberg (Politicologie): Mind the ‘Implementation Gap’ in Digital Anti-Corruption Policy in Europe
  Digitale anticorruptietechnologieën slagen er vaak niet in hun doelen te bereiken, en dat komt grotendeels door problemen bij de implementatie. Wickberg gaat onderzoeken waarom het nalevingsniveau verschilt, wat de manier bepaalt waarop implementatie plaatsvindt, en hoe digitalisering het werk van de uitvoerende organisaties beïnvloedt. Ze maakt hiertoe gebruik van  digitale registers voor bezittingen, lobbyactiviteiten en uiteindelijk belanghebbenden (beneficial ownership) binnen de Europese Unie. Met behulp van kwalitatieve vergelijkende analyse en veldwerk bestudeert Wickberg de rol van individuele kenmerken, organisatie-eigenschappen en de sociaal-politieke context om te begrijpen hoe de instrumenten in de praktijk worden toegepast. Inzicht in wat er achter de implementatiekloof schuilgaat, kan professionals helpen om corruptie effectiever aan te pakken via digitalisering.