Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.

Voor de Onderwijsprijzen zijn er 2 jury’s: 

  1. Een jury voor de prijzen voor individuele docenten (categorie Activerend onderwijs en categorie Inclusief onderwijs);  
  2. Een jury voor de prijzen voor vakken, teams of projecten (categorie Samenwerkingsgericht onderwijs en categorie Innovatief onderwijs). 

De jury’s bestaan uit betrokken UvA-medewerkers met expertise gerelateerd aan de categorieën en studenten van de Centrale Studentenraad en de Studentassessor. Met de samenstelling van de jury streven wij ernaar om een representatieve afspiegeling te vormen van UvA-experts gerelateerd aan de categorieën. De jury bepaalt uiteindelijk aan wie de onderwijsprijzen uitgereikt wordt. Zij weten van alle genomineerden hoe vaak ze zijn genomineerd. Bij elke individuele nominatie zit een schriftelijke toelichting van ongeveer één alinea (maximaal 100 woorden) waarin studenten/medewerkers hun eigen keuze hebben moeten motiveren.

Van genomineerde naar kandidaat 

Alle genomineerden worden gemaild over hun nominatie. Per categorie is de top 3 meest genomineerden van elke faculteit uitgenodigd om zich kandidaat te stellen als Onderwijsambassadeur. Zij maken kans op een onderwijsprijs door een brief aan de jury te schrijven met daarin: 

  • Een reactie op de motivatie voor nominaties die de studenten en medewerkers ingestuurd hebben;  
  • Een toelichting op de manier van onderwijs geven (wat heeft de genomineerde gedaan, welke keuzes zijn daarbij gemaakt? Evt. ook extra toelichting op bepaalde onderwijskeuzes die zijn gemaakt, maar die mogelijk niet zichtbaar zijn voor studenten en/of medewerkers en daarom niet naar voren zijn gekomen in de nominatieformulieren);  
  • Een onderbouwing van de gemaakte keuzes en onderwijsvisie (het ‘waarom’ en hoe verhouden die keuzes en de onderwijsvisie zich tot de categorie van deze onderwijsprijs); 

Daarnaast worden kandidaten gevraagd om een good practice uit hun onderwijs te delen. Dit voorbeeld biedt inzicht in:  

  • Hoe de docent uitblinkt binnen de betreffende categorie; 
  • Wat het (leer)doel en de concrete (leer)opbrengst voor studenten is binnen het gebruikte voorbeeld; 
  • Waarom dit voorbeeld volgens de genomineerde een good practice is binnen de categorie. Het geheel mag maximaal twee A4 beslaan. In plaats van geschreven tekst kan de inzending (deels) ook worden ingeleverd als video, podcast, interview of poster, met een maximale duur van tien minuten of twee A4. Andere innovatieve methoden worden aangemoedigd, in overleg met de juryvoorzitter.

Het juryproces

De jury’s ontvangen de brieven en 'good practices' van alle kandidaten binnen hun prijscategorieën. Op basis hiervan maken zij een voorselectie uit de kandidaat-ambassadeurs. Elk jurylid kent vervolgens individueel punten toe aan hun top drie, aan de hand van de vastgestelde beoordelingscriteria.

Daarna komen de twee jury’s afzonderlijk bijeen om de vier definitieve Onderwijsambassadeurs te benoemen. Voor elke categorie wordt een zorgvuldig onderbouwd besluit opgesteld.

De jury’s streven ernaar de Onderwijsprijzen toe te kennen aan een brede en diverse afspiegeling van de UvA-onderwijsgemeenschap. Bij gelijke geschiktheid kunnen zij overleggen over de toekenning, waarbij ook gekeken wordt naar faculteit en achtergrond van de kandidaten. Alle keuzes worden gemotiveerd in een openbaar juryrapport.

Beoordelingscriteria

Er zijn algemene criteria en categorie-specifieke criteria. De algemene criteria moeten waarborgen dat de onderwijsprijzen worden toegekend aan diegenen die hun ‘good practice’ op een heldere en inspirerende wijze onder de aandacht weten te brengen. Dit is van belang om de ambassadeursfunctie goed te kunnen vervullen. Daarnaast heeft elke jury aanvullende criteria die specifiek van toepassing zijn op de eigen categorie. Deze categorie-specifieke criteria zijn voortgekomen uit de aandachtspunten en ambities zoals vastgesteld in het UvA Instellingsplan en de UvA Onderwijsvisie. 

Algemene criteria

  • Geeft de kandidaat een helder inzicht in de gemaakte keuzes?
  • Laat de kandidaat zien een overtuigende visie op onderwijs te hebben met betrekking tot de categorie?
  • Laat het gebruikte voorbeeld zien dat de docent uitblinkt binnen die categorie?

Aanvullende criteria voor activerend onderwijs

  • In hoeverre maakt de docent effectief gebruik van activerende werkvormen?
  • In welke mate betrekt de docenten studenten actief bij het onderwijs? 

Aanvullende criteria voor inclusief onderwijs

  • Hoe toegankelijk is het onderwijs van deze docent voor studenten met verschillende achtergronden en talenten?
  • In hoeverre zorgt de docent voor kansengelijkheid in het eigen onderwijs? 

Aanvullende criteria voor samenwerkingsgericht onderwijs

  • In welke mate vindt er samenwerking plaats buiten het eigen vak (met andere disciplines of maatschappelijke partijen)? 
  • In hoeverre draagt deze samenwerking wederzijds bij aan vermeerdering van kennis en/of het oplossen van complexe vraagstukken? 

Aanvullende criteria voor innovatief onderwijs

  • Hoe vernieuwend is het aangeboden onderwijs?  
  • In hoeverre heeft deze innovatie de potentie om bij te dragen aan een krachtige leeromgeving?