Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Veel mensen denken bij nieuwe politieke partijen al snel aan succesvolle voorbeelden zoals PVV en DENK. Daardoor vergeten we dat de meeste nieuwe partijen er niet in slagen zetels te bemachtigen, sinds 1948 faalden 9 van de 10 nieuwe partijen in ons land. Politicoloog Joost van Spanje onderzoekt de rol die nieuwsmedia en sociale media hierin spelen. In hoeverre bepalen deze het succes van een nieuwe partij?
Joost van Spanje
‘Elk verhaal over nieuwe partijen zou moeten beginnen met: “de overgrote meerderheid van de nieuwe partijen faalt".'

Politicoloog Joost van Spanje werkt met zijn team aan de Universiteit van Amsterdam aan het afronden van zijn project over juridische acties tegen anti-immigratie-partijen in 21 Europese landen. Daarnaast bouwt hij een team in Londen om onderzoek te doen naar de rol van nieuwsmedia bij de opkomst van nieuwe politieke partijen in 19 landen sinds 1945. Over laatstgenoemd project spraken we met hem in de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen 2021.

De hele ijsberg

‘Elk verhaal over nieuwe partijen zou moeten beginnen met: “de overgrote meerderheid van de nieuwe partijen faalt.” Vaak denken mensen bij nieuwe partijen alleen aan succesvolle voorbeelden, zoals de PVV en DENK, maar 90% van de pogingen om Tweede Kamerzetels te veroveren met een nieuwe partij in Nederland faalden sinds 1948. Succesvolle nieuwe partijen zijn slechts het topje van de ijsberg. Waarom is de ene partij succesvol en de meeste niet? Hiervoor moet je kijken naar de hele ijsberg en tot voor kort was dat lastig. Maar nu kunnen we enorme databestanden aanleggen en die analyseren. Dat stelt ons in staat om zowel succesvolle als onsuccesvolle nieuwelingen goed te onderzoeken en met elkaar te vergelijken in veel landen door de tijd heen.’

De rol van media

‘Een cruciale rol lijkt weggelegd voor media. Voor nieuwe partijen is media-aandacht moeilijker te behalen dan voor bestaande partijen. Tegelijkertijd is aandacht nog belangrijker voor nieuwe dan voor oudere partijen. Media zijn noodzakelijk om zichtbaar te worden en een achterban te mobiliseren. Maar de overgrote meerderheid van de pogingen om het nieuws te halen door nieuwe partijen faalt.’

Wordt een nieuwe partij als “frisse wind” neergezet, of juist als “onervaren en radicaal”?

‘Met mijn team in Londen gaan we in 19 landen bekijken welke nieuwe partijen in media verschijnen, hoe ze verschijnen, en wat dit met de kiezer doet. Hiervoor gaan we experimenten doen die zich richten op hoe journalisten hun keuzes maken, op de rol van sociale mediaberichten, en op hoe kiezers reageren. Daarnaast hebben we toegang nodig tot grote hoeveelheden nieuwsartikelen die we op allerlei manieren kunnen doorzoeken en filteren. Hoe vaak worden nieuwe partijen genoemd en hoe vaak wordt dat op sociale media gedeeld? En als nieuwe partijen worden genoemd, hoe worden ze dan neergezet? Als een frisse nieuwe wind en welkome aanvulling, of als onervaren en radicaal? Want dat de toonzetting invloed heeft op de kiezer, dat weten we al.’

logo's van nieuwe partijen

Focus op partijen die succesvol zijn

‘In het onderzoek kijken we ook naar Nederland en de hele ijsberg van nieuwe partijen. Daarnaast zoomen we in op de partijen die sinds 1967 bij hun eerste poging Tweede Kamerzetels wisten te bemachtigen, en die nu nog steeds zetels hebben. Dit zijn er maar vier: PVV, 50Plus, DENK en FvD. Ook kijken we naar JA21, de partij van Eerdmans en Nanninga die zich in december 2020 afsplitste van FvD, omdat die partij als enige nieuweling bij verschillende publieke opiniepeilers momenteel boven de kiesdrempel staat. Hoe nieuw vindt de kiezer die partijen nog en hoe verloopt hun ontwikkeling naar een gevestigde partij?’

Verklaringen voor succes die niet steekhouden

‘Er is een aantal verklaringen voor het succes van nieuwe partijen, waarvan we inmiddels weten dat die niet steekhouden. Bijvoorbeeld dat vooral partijen die zich op ouderen richten het goed doen omdat ze een enorme potentiele achterban hebben. Als je kijkt hoeveel oudere partijen het in het verleden niet hebben gered, verklaart dit niet veel. Een andere verklaring, dat nieuwe partijen baat hadden bij de Kamerzetels die ze al hadden, klopt ook maar deels. Bij DENK was dit in 2017 inderdaad het geval, maar er zijn andere voorbeelden waarbij het al hebben van een zetel niet tot succes leidde, zoals bij VNL (VoorNederland) datzelfde jaar. Die kwamen met lege handen thuis. Met onze focus op nieuwsmedia hopen we meer algemene verklaringen te kunnen vinden voor het succes van nieuwe partijen.’

Zoektocht naar media-aandacht leidt tot dilemma

‘De zoektocht naar media-aandacht leidt voor elke partij tot een dilemma. Enerzijds haal je eerder het nieuws door conflict op te zoeken of verrassende uitspraken te doen. Anderzijds wil je serieus overkomen op de kiezer. Voor een nieuwe partij weegt dit dilemma extra zwaar, want ze moet extra haar best doen om het nieuws te halen en krijgt tegelijkertijd maar een kans op een eerste indruk. Als nieuwe partij loop je de grootste kans om niet in het nieuws te verschijnen en word je ook het hardst gestraft als je al te gekke dingen doet.’

‘Any PR is good PR’?

‘Hebben nieuwe partijen dan geen voordeel? Wat je vaak hoort is dat voor nieuwe partijen ‘any PR is good PR’ geldt: elke aandacht is goed. Ons eerdere onderzoek plaatst daar grote vraagtekens bij. Twee voorbeelden. Al het geruzie en de onenigheid bij 50Plus in 2014 gaf veel kiezers het gevoel dat de partij ineffectief was waardoor ze afhaakten. En toen de PVV datzelfde jaar steeds vaker in verband werd gebracht met extreemrechts, haakten ook veel kiezers af, ook al bleven hun zorgen over immigratie bestaan. Kortom, ook nieuwe partijen hebben een reputatie te verliezen. Kiezers zullen alleen op een nieuwe partij stemmen als ze die partij als effectief en legitiem beschouwen.’

De dynamiek tussen oude en nieuwe partijen

‘Het is ook interessant om te kijken hoe de bestaande partijen op nieuwe partijen reageren, want ook dat heeft invloed op de kiezer. Je ziet eigenlijk 4 manieren waarop gevestigde partijen meestal reageren. Ten eerste, ze doen niets en negeren de partij. Dit zagen we gebeuren nadat Pim Fortuyn aankondigde de politiek in te gaan in augustus 2001. Andere partijen reageerden daar de eerste maanden niet op, zelfs niet toen Fortuyn in de peilingen begon te stijgen.’

‘Een tweede reactie is om je af te zetten tegen de nieuwe partij en een derde reactie is om juist mee te bewegen. Waar we in het begin bijvoorbeeld veel verzet zagen tegen standpunten van de PVV, zien we inmiddels dat sommige partijen die standpunten deels overnemen.’ 

De meeste ingrijpende niet-inhoudelijke reactie is een cordon sanitaire

‘Een vierde soort reacties zijn niet-inhoudelijke. De meest ingrijpende daarvan is een cordon sanitaire. Hierbij gaat het niet meer om inhoudelijke argumenten, maar om het volledig en permanent blokkeren van een nieuwe partij. Dit was het geval bij de Centrumdemocraten van Hans Janmaat in de jaren ‘80, waar alle andere partijen al bij voorbaat aangaven niet met hen te willen samenwerken. Dat geeft een  signaal af aan kiezers, die dit meenemen in hun overwegingen in het stemhokje.

Al die nieuwe partijen, is dat goed voor een democratie?

‘Vaak wordt geklaagd over te veel versnippering in het Nederlandse politieke landschap, maar als er met regelmaat nieuwe politieke partijen verschijnen kan dit ook positief zijn. Het brengt vaak nieuwe gezichten, nieuwe organisatievormen en nieuwe inzichten. Bepaalde zorgen die eerder al in de samenleving leven worden soms gekanaliseerd via een nieuwe partij, zoals zorgen over migratie via de Lijst Pim Fortuyn in 2002. Dit is goed voor de democratie, ook omdat het meer concurrentie geeft en bestaande partijen soms tot meer openheid dwingt.’

‘De nadelen die aan het voortdurend opkomen van veel nieuwe partijen kleeft, is dat er geen betekenisvolle band met de achterban kan worden opgebouwd. De achterban weet daardoor niet meer goed waar een partij voor staat en wie ze waarop af kunnen rekenen. Ook is het te veel komen en gaan van partijen niet goed voor stabiliteit op beleidsgebied. In de jaren ’90 zagen we bijvoorbeeld in Polen een grote omloop van nieuwe partijen, wat tot instabiliteit leidde. En bij elke verkiezing ging weer veel ervarenheid verloren.’

Welke peilingen het beste?

‘Welke nieuwe partijen kans maken de komende Tweede Kamerverkiezingen is lastig te zeggen, maar JA21 is dit jaar de enige nieuwe partij die in peilingen steeds op of rond een zetel staat.’

‘Waar je in Nederland het beste naar kunt kijken is Peilingwijzer van politicoloog Tom Louwerse van de Universiteit Leiden. Dit om het simpele feit dat hij peilingen aggregeert. Dat wil zeggen dat hij een soort gemiddelde neemt van alle peilingen van de drie betrouwbare bureaus, Kantar, I&O en Ipsos, waarbij hij corrigeert voor huiseffecten: bepaalde vertekeningen die elk peilingbureau nu eenmaal heeft. Peilingwijzer is dus op veel meer informatie gebaseerd dan elke afzonderlijke peiling. Bovendien vermeldt Peilingwijzer de foutmarges erbij. Zodat je beter kunt zien wat simpelweg ruis is en wat echt een verschuiving is.’

Op 23 september zal Joost van Spanje nieuwe resultaten uit zijn onderzoek naar juridische acties tegen anti-immigratie-partijen presenteren. Hou hiervoor de UvA agenda in de gaten.