Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
In de Engelstalige bacheloropleiding Sign Language Linguistics maak je kennis met de basisconcepten en -methoden van de taalwetenschap. Deze pas je vervolgens toe op de bestudering van natuurlijke gebarentalen, terwijl je tegelijkertijd Nederlands Gebarentaal (NGT) leert. Je bestudeert de belangrijkste onderzoekstradities van de taalwetenschap in het algemeen en van de gebarentaalwetenschap in het bijzonder. Naast het kernprogramma kun je je specialiseren door een minor te kiezen in een van je interessegebieden. Je kunt er ook voor kiezen om een semester in het buitenland te studeren of stage te lopen. De opleiding wordt in het Engels gegeven.
  • Het eerste jaar

    In het eerste jaar van je bachelor krijg je een breed, algemeen overzicht van de gehele discipline Taalwetenschap.

    • Je volgt theoretische vakken waarin je alle basisconcepten leert die relevant zijn voor een taalwetenschapper.
    • Je volgt een inleiding tot de gebarentaalwetenschap waarin je onderzoekt hoe taalkundige concepten kunnen worden toegepast op dit specifieke vakgebied.
    • Je wordt getraind in het transcriberen en glossen van gebarentalen en volgt de vakken ‘Morphology’ en ‘Sociolinguistics’.
    • Je leert Nederlands Gebarentaal (NGT) tot het niveau van een zelfstandige gebruiker (ongeveer B1 volgens het Europees Referentiekader).
    • Daarnaast ontwikkel je specifieke academische vaardigheden, zoals academisch schrijven en het uitvoeren van zelfstandig onderzoek, evenals het transcriberen van gebarentaaldata, het opnemen van gebaren, en het analyseren van de componenten van gebaren, woorden en zinnen.
    • Aan het einde van het eerste jaar voer je een klein onderzoeksproject uit over een sociolinguïstisch aspect van een (mogelijk nieuwe) taal.
  • Het tweede en derde jaar

    Het tweede en derde jaar van de opleiding bouwen voort op de basis die in het eerste jaar is gelegd, waardoor je je kunt specialiseren in de verschillende aspecten van de gebarentaalwetenschap en je eigen taalwetenschappelijke experimenten kunt uitvoeren.

    • Je bestudeert de fonologie en morfologie van gebarentalen, de semantiek en pragmatiek van taal, het lexicon en de syntaxis van gebarentalen, evenals verschillende taalwetenschappelijke theorieën.
    • Daarnaast maak je ook kennis met psycholinguïstische eigenschappen van gebarentalen en volg je vakken in wetenschapsfilosofie en tweedetaalverwerving.
    • In het derde jaar van de opleiding kun je je eigen curriculum vormgeven door je te specialiseren in een minor die verband houdt met taalwetenschap, te kiezen voor een minor in een geheel ander vakgebied of keuzevakken te volgen uit een breed scala aan onderwerpen.
    • Je hebt ook de mogelijkheid om je keuzeruimte te gebruiken om een semester in het buitenland te studeren of een stage te lopen.
    • Je sluit de opleiding af met het schrijven van een bachelorscriptie, je eerste grote zelfstandig uitgevoerde onderzoeksproject.
VAKKEN SEM 1 SEM 2 SEMESTER 1 SEMESTER 2 EC
  • Introduction to Linguistics
    Blok 1
    6
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 1
    Blok 1
    6
  • Introduction to Sign Linguistics
    Blok 2
    6
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 2
    Blok 2
    6
  • Transcription of Sign Languages
    Blok 3
    6
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 3
    Blok 4
    6
  • Morphology
    Blok 4
    6
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 4
    Blok 5
    6
  • Sociolinguistics
    Blok 5
    6
  • First Year Group Project Linguistics
    Blok 6
    6
VAKKEN SEM 1 SEM 2 SEMESTER 1 SEMESTER 2 EC
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 5
    Blok 1
    6
  • Philosophy of the Humanities (Language and Cognition)
    Blok 1
    6
  • Phonology and Morphology of Sign Languages
    Blok 2
    6
  • Psycholinguistics
    Blok 2
    6
  • Syntax
    Blok 3
    6
  • Language Proficiency Sign Language of the Netherlands 6
    Blok 4
    6
  • Second Language Acquisition
    Blok 4
    6
  • Lexicon and Syntax of Sign Languages
    Blok 5
    6
  • Semantics and Pragmatics
    Blok 5
    6
  • Linguistic Theories
    Blok 6
    6
VAKKEN SEM 1 SEM 2 SEMESTER 1 SEMESTER 2 EC
  • Psycholinguistics of Sign Languages
    Blok 1
    6
  • Research Methods & Statistics
    Blok 2
    6
  • Specialization Linguistics
    Blok 4
    6
  • Free-choice electives
    Blok 1
    Blok 2
    Blok 3
    Blok 4
    Blok 5
    30
  • Bachelor's Thesis Linguistics
    Blok 5
    Blok 6
    12
Verplicht vak
Keuzevak
UvA Studiegids: Sign Language Linguistics
  • Minor en keuzeruimte

    In het derde studiejaar heb je een keuzeruimte van 30 EC, die je naar eigen inzicht kunt invullen.

    Keuzevakken

    In principe kun je elk vak als keuzevak volgen. Een vak van de Faculteit der Geesteswetenschappen, een andere faculteit of zelfs een andere universiteit. De meeste opleidingen bieden aparte keuzevakken aan.

    Minor

    Een minor is een samenhangend onderwijsprogramma van 30 EC. Een minor is niet verplicht, maar kan een goede voorbereiding zijn op een master of een bepaald beroep.

  • Stage lopen en internationaal studeren

    Tijdens een stage doe je werkervaring op, bouw je je netwerk uit en krijg je een indruk van de mogelijkheden binnen een organisatie, en van wat voor werk bij jou past. Studenten Sign Language Linguistics lopen bijvoorbeeld stage bij:

    • Instituten en instellingen die beleid en materiaal ontwikkelen voor de verwerving van gebarentalen;
    • het Nederlands Gebarencentrum; 
    • ziekenhuizen met een klinische afdeling voor spraak- en taalstoornissen.

    Je kunt ook kiezen voor een ​​onderzoeksstage bij een docent van de opleiding, of bij een andere taalwetenschapper van de UvA. Zo krijg je een idee van hoe het is om een taalwetenschapper te zijn.

    Studeren in het buitenland

    De UvA is nauw betrokken bij internationale programma's gericht op samenwerking en uitwisseling binnen Europa, de Verenigde Staten en Canada. Dit biedt je de mogelijkheid om een ​​tijdje in het buitenland te studeren.

  • Dubbele bachelor en honoursprogramma

    Zoek je extra uitdaging? Dit kun je op verschillende manieren realiseren, bijvoorbeeld door te kiezen voor een tweede studie of door het honoursprogramma te volgen.

    Dubbele bachelor in de geesteswetenschappen

    De Faculteit der Geesteswetenschappen biedt de mogelijkheid om bij twee verschillende bachelors een diploma te halen. Door middel van vrijstellingen kun je de twee diploma's halen met een lagere effectieve studielast. Een dubbele bachelor is bedoeld voor gemotiveerde studenten die extra uitdaging en/of een breder perspectief zoeken tijdens hun studie.

    Honoursprogramma

    Studenten die naast het reguliere onderwijs een extra uitdaging zoeken, kunnen het honoursprogramma volgen.

    Wie komen in aanmerking?

    • Studenten die hun propedeuse in één jaar afronden met gemiddeld een 7,5 of hoger kunnen - na selectie - worden toegelaten tot een honoursprogramma in het tweede en derde jaar van hun bacheloropleiding.
    • De aanmelding voor de selectie start in het tweede semester van je eerste studiejaar.

    Studenten die het honoursprogramma met succes afronden, krijgen hiervan een vermelding op het supplement van hun bachelordiploma.

  • Tijdsbesteding en toetsvormen

    Als bachelorstudent ben je zo'n 42 uur per week met de studie bezig. In het eerste studiejaar volg je zo'n 10 tot 15 uur college per week. De andere uren besteed je aan zelfstudie. Je zoekt en bestudeert materiaal in de bibliotheek, je bereidt je voor op colleges of tentamens of schrijft een werkstuk. In het tweede en derde jaar heb je minder college-uren, maar besteed je meer tijd aan werkstukken en onderzoek. 

    • Tijdens hoorcolleges licht de docent de literatuur toe die je van tevoren hebt bestudeerd.
    • Tijdens werkcolleges werk je intensief samen met je medestudenten, maak je opdrachten en houd je presentaties.
    • Toetsen bestaan uit schriftelijke of mondelinge tentamens, presentaties, werkstukken of referaten. De resultaten van de toetsen vormen samen het eindcijfer van het vak.