Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Sija den Toonder

Wie: Sija den Toonder (1992)

Studie: Bachelors Taal en communicatie en Rechtsgeleerdheid, master Privaatrechtelijke Rechtspraktijk.

Eerste baan: Oppassen en ‘krantjes gooien’.

Favoriete plek op de UvA: Het kantoor waar Sija werkt op de 7e verdieping van de Roeterseilandcampus heeft een prachtig uitzicht over de stad.

Van Nuenen naar Amsterdam

‘Ik ben opgegroeid in Nuenen, een dorpje bij Eindhoven, met twee broers en een zus. Ik kom uit een familie die van leren houdt. Mijn vader heeft wiskunde gestudeerd en mijn moeder kunstgeschiedenis. Eén van mijn opa’s studeerde zelfs aan de UvA, hij deed een master Arbeidsomstandigheden. Ik heb er heel even over gedacht om hbo te gaan doen, maar uiteindelijk denk ik dat de universiteit beter bij mij past. Toen ik 19 was, begon ik met de studie Taal en Communicatie aan de UvA, later kwam daar Rechten bij. Inmiddels heb ik allebei de bachelors afgerond en doe ik de master Privaatrechtelijke Rechtspraktijk. In september ben ik begonnen en ik ben van plan de master in één jaar af te ronden. Ik heb net gehoord dat ik mijn eerste twee tentamens heb gehaald.’

Ontcijferen

‘Ik hou van taal, daarom begon ik in eerste instantie aan Taal en Communicatie. Maar tijdens de studie merkte ik dat ik niet goed wist wat ik er uiteindelijk mee wilde doen. Toen ik 23 was, ben ik gaan onderzoeken waar mijn interesses nog meer liggen. Ik dacht: als ik nog iets anders wil studeren, moet ik zeker weten dat ik het leuk vind en er echt voor gaan. Vanuit die taal, waar nog steeds mijn interesse lag, kwam ik op rechten uit – dat is eigenlijk ook een soort talenstudie. Je bent de hele dag bezig met ontcijferen van wat wordt bedoeld. Ik vind het een leuk spel, dat puzzelen.’

Op in de massa

‘Ik had zin in avontuur, dus ik wilde studeren in Amsterdam. De grote stad trok me, het idee dat iedereen hier vrij kan zijn en een beetje gek. Je kunt opgaan in de massa, zonder dat mensen je raar aankijken om hoe je eruitziet of om wat je doet. In Nuenen is dat wel anders, dat is een klein dorpje waar je eerder opvalt. Ik weet niet of ik altijd in Amsterdam wil blijven. Misschien wel, dan zou ik iets verder buiten het centrum gaan wonen. Ik vind het druk in de stad. Soms is het fijn om naar mijn ouders te gaan en naar de supermarkt te lopen zonder iemand tegen te komen. Dat kan in Amsterdam niet.’

Opstandig

‘Op de middelbare school was ik opstandig. Ik spijbelde wel eens, was klierig. Wiskunde vond ik leuk, want ik hou van formules oplossen, maar verder vond ik andere dingen interessanter. Maatschappelijke onderwerpen. In je studententijd kom je op een leeftijd dat je je meer gaat ontwikkelen. Vroeger vond ik mezelf heel mondig, maar ik weet dat ik nu veel volwassener ben. Ik ben rustiger, overweeg vaker de gevolgen van wat ik doe. Ik denk niet meer alleen aan vandaag, maar ook aan de lange termijn. Ik kom erachter wat ik interessant vind, of leuk, waar ik achter sta, waar ik mijn mening over wil geven en waar ik me liever buiten houd. Ik denk veel na. Uiteindelijk ben ik er tot nu toe goed uitgekomen, vind ik.’

Ambitie

‘Toen ik rechten ging doen, werd het tijd om serieus te bedenken: wat wil ik, wat ga ik doen? Ik kon het lanterfanten niet meer verantwoorden tegenover mezelf en mijn ouders. En ik heb ambitie. Tijdens mijn rechtenstudie heb ik alles wat ik ernaast kon doen, aangegrepen. Ik heb bijvoorbeeld het Honoursprogramma gevolgd. Daarnaast werk ik ook bij de UvA. Ik begon als voorlichter op middelbare scholen, mijn takenpakket breidde zich steeds verder uit en nu werk ik negentien uur per week als student-assistent bij de Marketing & Communicatie-afdeling van de rechtenfaculteit. Het is veel, maar het is leuk, inhoudelijk werk. Ik leer ervan, ik kan er wat mee.’

Suits

‘Mijn vooroordeel was dat advocaten vooral mannen in pak waren – ik wist niet zeker of ik daar wel bij wilde horen. Ik had geen Suits-fantasieën bij rechten, maar weet nu ook dat het beeld uit dat soort series niet helemaal klopt. Ik ben niet per se geïnteresseerd in bedrijven of aandelen, maar meer in recht dat over mensen gaat. Waarom doen mensen wat ze doen? Het jeugdrecht vind ik interessant, ik wil mensen helpen. De master Privaatrechtelijke Rechtspraktijk gaat over al het recht dat tussen mensen geldt, over contracten die mensen onderling sluiten. Jeugdrecht is ook privaatrecht: veel dingen, bijvoorbeeld over co-ouderschap, mogen mensen zelf met elkaar afspreken.’

Informeel

‘Ik vind de UvA gezellig, ik voel me vrij om mezelf te zijn. Bij rechten spreken docenten je dan wel aan met “u”, maar verder is de sfeer best informeel. Je mag altijd je mening geven. Met het Honoursprogramma en tijdens de Amsterdam Law Firm had ik les in kleine werkgroepen. Dat vond ik fijn, omdat de rechtenstudie zelf zo groot is. Ik leerde er goed samenwerken en maakte nieuwe vrienden. Waardevol aan mijn rechtenstudie vond ik dat ik met mensen was die dezelfde doelen hadden als ik. We wilden goed ons best doen, maar ondertussen ook genoeg tijd maken voor leuke dingen. Studenten kunnen elkaar helpen om beter te worden.’