Opbouw bachelor
Nederlands studeren opent al bijna anderhalve eeuw de poort naar de samenleving en dat kan op veel manieren, ook de jouwe. We dagen je uit om een gedegen academische opleiding te combineren met je eigen interesses. Aan de ene kant volg je een verplicht programma, met veel aandacht voor analytisch denken, overtuigend en creatief schrijven, interviewen, debatteren en communiceren binnen en buiten je studie. Aan de andere kant oriënteren we je naar studiepakketten waarmee je je kunt profileren, rond bijvoorbeeld diversiteit en meertaligheid, taalsystemen, educatie of het schrijverschap.
Zie de opname van onze livesessie tijdens de Bachelorweek van november 2023, waarin de studie Nederlandse taal en cultuur in detail wordt uitgelegd.
-
Het eerste studiejaar
- In het eerste jaar ga je meteen aan de slag door de wetenschap van het Nederlands, Amsterdam en de schrijver in jezelf te ontdekken. Dat doe je in het eerste semester door jezelf als aankomend expert te leren kennen: wat kun je al, wat wil je bijleren, wat zou jij de komende jaren kunnen bijdragen aan de taal en de verhalen in de stad? Je verwerft gespecialiseerde kennis en vaardigheden om midden in een wereldstad taal, communicatie en literatuur kritisch te analyseren. Je leert ook daarover te schrijven in verschillende genres en voor uiteenlopende doelgroepen, onder meer onder begeleiding van een echte auteur of journalist.
- In het tweede semester leer je de manieren kennen waarop de neerlandistiek belangrijke maatschappelijke vraagstukken benadert. Je breidt je kennis en vaardigheden verder uit, terwijl je ook vertrouwd raakt met de debatten waarin neerlandistisch onderzoek een rol speelt: (laag)geletterdheid, het publieke debat en de rol van literatuur daarin – vroeger, nu en in de toekomst. Aan het eind van het eerste jaar voer je een eigen onderzoeksproject uit, presenteer je je resultaten en weet je langs welke kruispunten de studie Nederlands je nog verder zal leiden.
Copyright: UvA FGwIk koos voor Nederlands omdat ik hier écht veel plezier uit haal. Binnen de studie koos ik voor moderne letterkunde. Ik schrijf zelf ook, dat was nog een reden om hiervoor te kiezen.
Pim Lammers, student -
Het tweede studiejaar
- In het tweede jaar leer je als neerlandicus op een academisch niveau denken, schrijven en werken. In de verplichte vakken doorloop je een hele onderzoekscyclus. Je leert wat wetenschappelijke kennis is, welke academische debatten er nu worden gevoerd in de neerlandistiek, welke onderzoeksmethoden er worden gebruikt, hoe je zelf onderzoek uitvoert en presenteert. Aan het eind van het tweede jaar ga je met de academische bagage aan de slag voor een opdrachtgever uit het werkveld.
- Parallel aan die cyclus begin je te bouwen aan je eigen profiel als neerlandicus. Je stippelt een eigen studiepad uit in de keuzeruimte. Je kunt bijvoorbeeld een tweede taal verwerven of een bijkomende competentie (met een minor), je kunt je eigen interesses verder uitdiepen (met keuzevakken), je kunt jezelf voorbereiden op wetenschappelijk onderzoek (met het honoursprogramma), of stage lopen bij een werkgever.
-
Het derde studiejaar
- In het derde jaar bouw je in het eerste semester verder aan je eigen profiel. De mogelijkheden zijn hier nog ruimer: je kunt nu ook minoren aan andere faculteiten volgen, zoals een educatieve minor, of een semester naar het buitenland gaan. Zo kun je wat je hebt geleerd over taal en teksten in Nederland uitbreiden naar wat er in andere landen, talen en culturen gebeurt.
- In het tweede semester verdiep je je in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen in het onderzoek naar literaire cultuur, communicatie en taal, kies je een afstudeerproject, voer je een academisch afstudeeronderzoek uit en presenteer je het ook in genres als een reportage, een communicatiecampagne of een beleidsadvies. Dan ben je klaar om zelf als neerlandicus een bijdrage te leveren aan actuele academische debatten en maatschappelijke kwesties.
-
Nederlands als wetenschap 1Blok 16
-
Nederlands als wetenschap 2Blok 16
-
Stemmen van de stad 1Blok 26
-
Stemmen van de stad 2Blok 26
-
Schrijfatelier: kunst en kundeBlok 36
-
GeletterdheidBlok 46
-
Literatuur en de wereld van nuBlok 46
-
De kracht van literatuurBlok 56
-
Publiek DebatBlok 56
-
Kruispunten van de NeerlandistiekBlok 66
-
Wetenschapsfilosofie (Taal en literatuur)Blok 16
-
Methodenateliers: kwalitatieve methodenBlok 33
-
Methodenateliers: kwantitatieve methodenBlok 33
-
Gebonden keuzeBlok 1Blok 212
-
Gebonden keuzeBlok 46
-
Schrijfatelier: kennis en creativiteitBlok 56
-
Werkvelden van de neerlandistiekBlok 66
-
Vrije keuze: KeuzevakkenBlok 1Blok 2Blok 4Blok 518
-
Vrije keuze: KeuzevakkenBlok 1Blok 2Blok 330
-
Gebonden keuzeBlok 412
-
Bachelorproject Nederlandse taal en cultuur: schrijfatelierBlok 56
-
Bachelorproject Nederlandse taal en cultuur: afstudeeronderzoekBlok 5Blok 612
-
Minor en keuzeruimte
Het bachelorprogramma biedt 48 EC keuzeruimte die je naar eigen inzicht en voorkeur mag invullen. Hiervoor heb je verschillende mogelijkheden.
Keuzeruimte
De keuzeruimte kun je op de volgende manieren invullen:
- Vrije keuzevakken
- Minor (30 EC): een minor is een samenhangend programma en kan een goede voorbereiding zijn op een master of een beroep. Een minor kan ook aan een andere universiteit – ook in het buitenland – worden gevolgd.
- Stage (max. 12 EC).
- Studeren in het buitenland.
Minor
Een minor is een samenhangend onderwijsprogramma van 30 EC. Een minor is niet verplicht, maar kan een goede voorbereiding zijn op een master of een bepaald beroep.
-
Stage lopen en internationaal studeren
Het is mogelijk tijdens de studie stage te lopen en een periode in het buitenland te studeren.
Stage lopen
In het tweede jaar van je studie werk je vier weken aan een project voor een externe opdrachtgever. Je kunt in dat jaar ook een tweede taal verwerven. Daarnaast is het in je derde jaar mogelijk stage te lopen en een periode in het buitenland te studeren.
Via de opleiding zijn stageplaatsen beschikbaar bij:
- tekstbureaus en PR-bedrijven (bv. Porter Novelli, Amstelveen)
- erfgoedinstellingen (bv. Rijksmuseum, Amsterdam)
- cultuur- en debatpodia (bv. De Balie, Amsterdam)
- uitgeverijen (bv. Atlas-Contact, Amsterdam)
- redacties (bv. omroepen in Hilversum)
- overheid (bv. Ministerie van OCW)
- en wetenschappelijk onderzoeksbureaus.
Internationaal studeren
De UvA neemt intensief deel aan internationale samenwerkings- en uitwisselingsprogramma’s, waardoor je een periode in het buitenland kunt studeren.
Studenten Nederlandse taal en cultuur hebben onder meer gestudeerd in:
- Ontario (Canada)
- Evanston (VS)
- Rennes en Parijs (Frankrijk)
- Berlijn (Duitsland)
- Wroclaw (Polen)
- Pecs (Hongarije)
- Jyväskylä (Finland)
- Sint Petersburg (Rusland)
- Jakarta en Semarang (Indonesië)
- Stellenbosch (Zuid-Afrika)
- Paramaribo (Suriname)
- Tokio (Japan)
Studenten uit het buitenland volgen op hun beurt colleges bij de UvA.
-
Dubbele bachelor en honoursprogramma
Zoek je extra uitdaging? Dit kun je op verschillende manieren realiseren, bijvoorbeeld door te kiezen voor een tweede studie of door het honoursprogramma te volgen.
Dubbele bachelor in de Geesteswetenschappen
De Faculteit der Geesteswetenschappen biedt de mogelijkheid om bij twee verschillende bachelors een diploma te halen. Door middel van vrijstellingen kun je de twee diploma's halen met een lagere effectieve studielast. Een dubbele bachelor is bedoeld voor gemotiveerde studenten die extra uitdaging en/of een breder perspectief zoeken tijdens hun studie.
Honoursprogramma
Studenten die naast het reguliere onderwijs een extra uitdaging zoeken, kunnen het honoursprogramma volgen.
Wie komen in aanmerking?
- Studenten die hun propedeuse in één jaar afronden met gemiddeld een 7,5 of hoger kunnen - na selectie - worden toegelaten tot een honoursprogramma in het tweede en derde jaar van hun bacheloropleiding.
- De aanmelding voor de selectie start in het tweede semester van je eerste studiejaar.
Studenten die het honoursprogramma met succes afronden, krijgen hiervan een vermelding op het supplement van hun bachelordiploma.
-
Tijdsbesteding en toetsvormen
De bacheloropleiding Nederlandse taal en cultuur duurt drie jaar (voltijds). Elk jaar omvat 60 studiepunten (EC). Een studiejaar bestaat uit twee semesters. Een semester is opgebouwd uit twee blokken van 8 weken, met telkens twee vakken (2x6 EC), en een blok van 4 weken met één intensief vak (6 EC).
Als voltijdstudent ben je zo’n 42 uur per week met de studie bezig. Je besteedt ongeveer 14 uur per week aan colleges. De rest van de tijd ben je bezig met zelfstudie (voorbereiding op colleges, werkstukken en tentamens).
Tijdens hoorcolleges licht de docent de literatuur toe die je van tevoren hebt bestudeerd. Tijdens werkcolleges werk je, onder begeleiding van een docent, intensief samen met je medestudenten, maak je opdrachten en houd je presentaties. Tijdens practica werk je in groep of zelfstandig.
In de loop van de opleiding worden verschillende excursies georganiseerd, bijvoorbeeld naar het Literatuurmuseum in Den Haag, het Instituut voor Fonetische Wetenschappen (UvA), het Meertens Instituut (KNAW), Museum Plantin-Moretus en het Letterenhuis in Antwerpen.
Toetsen bestaan uit schriftelijke of mondelinge tentamens, presentaties, werkstukken of referaten. De resultaten van de toetsen vormen samen het eindcijfer van het vak.
Studeren in deeltijd
Je kunt deze bachelor ook in deeltijd studeren. Je volgt dan dezelfde vakken als de voltijdstudenten, maar je hebt minder vakken per studiejaar en je behaalt 30 EC per studiejaar (voltijdstudenten: 60 EC). Deeltijdstudenten ronden deze opleiding in zes jaar af. Net als voor voltijdstudenten geldt er een bindend studieadvies (BSA): in het eerste studiejaar moet je minimaal 24 EC behaald hebben om je opnieuw te kunnen inschrijven voor het tweede studiejaar. Het collegegeld voor een deeltijdopleiding ligt iets lager dan het tarief voor voltijdopleidingen, zie ook Collegegeld. Deeltijdstudenten hebben geen recht op studiefinanciering.
-
Wat is uniek aan deze studie?
Je wordt expert op het gebied van de Nederlandse taal en cultuur, en Nederlandstalige communicatie. Met taal en teksten kun je dan een bijdrage leveren aan oplossingen voor belangrijke vraagstukken in onze samenleving.
-
Wat maakt de studie Nederlands anders dan het schoolvak?
In de bachelor Nederlandse taal en cultuur ontwikkel je je tot een expert die kan uitleggen hoe je met taal en teksten kunt bijdragen aan oplossingen voor belangrijke problemen in onze samenleving. Je leert wetenschappelijke vragen stellen over de rol van communicatie, literaire teksten en taal. Je houdt je bezig met maatschappelijke vraagstukken zoals laaggeletterdheid, de rol van online media, storytelling en effectieve overheidscommunicatie. Je maakt daarbij gebruik van inzichten uit de taalkunde, communicatiekunde, literatuurwetenschap, cognitiewetenschap, geschiedenis, sociologie, argumentatietheorie, en filosofie. De studie Nederlands is daardoor breed, maar heeft ook een duidelijke focus, want het object van studie is steeds de Nederlandse taal en cultuur.
-
Wat onderscheidt deze studie aan de UvA van vergelijkbare studies elders?
In Amsterdam leer je hoe de structuur van taal, talige creativiteit en communicatie samenhangen. Uniek is dat de verschillende deelgebieden van de studie nauw samenwerken en je geïntegreerde opdrachten geven. Zo leer je hoe je een onderwerp vanuit verschillende invalshoeken kunt benaderen. Je leert bijvoorbeeld hoe personages in fictie worden uitgewerkt, maar ook in reclame, voorlichting en journalistieke teksten. Kwesties die te maken hebben met taal en communicatie keren ook vaak in literatuur terug.
-
Wat is het verschil tussen Nederlandse taal en cultuur en Communicatiewetenschap of Taalwetenschap?
Bij Nederlandse taal en cultuur word je getraind in creatief schrijven, communicatie en het debat. Ook is er veel belangstelling voor literatuur, de structuur en inhoud van literaire verhalen in het heden en verleden. Bij Communicatiewetenschap en Taalwetenschap vind je deze brede gerichtheid op taal, argumentatie en literatuur niet.
-
Welke mogelijkheden tot specialiseren zijn er binnen deze brede bachelor, en wanneer maak je een keuze?
Tijdens je studie Nederlands ontwikkel je een breed scala aan vaardigheden. Naast schrijven zijn dat systematisch en veel lezen, kritisch en analytisch denken, data verzamelen, analyseren, en reflecteren. Houd je van literatuur en creatief schrijven? Dan kun je je al vanaf het tweede jaar specialiseren in de letterkunde. Heb je meer interesse in zakelijke communicatie, journalistiek en politieke debatten? Dan kun je je verder verdiepen in de taalbeheersing. Als je beide interesses wil combineren, is dat ook goed mogelijk. Misschien heeft de taal zelf je voorkeur, of tweede taalverwerving? Dan richt je je op taalkunde.
-
Voor wie is deze studie misschien niet zo geschikt?
Nederlandse taal en cultuur is minder geschikt als je niet (wetenschappelijk) geïnteresseerd bent in creatief schrijven, communicatie of het debat. Houd je niet van boeken lezen of er met anderen over praten? Dan lijkt deze studie minder bij je te passen. Je moet openstaan voor een brede visie op alles wat met taal en cultuur te maken heeft, ook de historische cultuur. Verder zou je niet voor deze opleiding moeten kiezen als je naast je studie veel dingen 'erbij' wilt doen, of niet voldoende tijd hebt om aan de studie te besteden. Een voltijdsopleiding is voor velen te intensief om (grote) bijbanen vol te kunnen houden. Kies dan voor de deeltijdvariant.